organismen en hun omgeving

Thema 6 Ecologie en duurzaamheid
6.1 Organismen en hun omgeving
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Thema 6 Ecologie en duurzaamheid
6.1 Organismen en hun omgeving

Slide 1 - Slide

Leerdoelen deze les
  • Je kunt omschrijven wat ecologie is.
  • Je kunt uitleggen wat een organisme is.
  • Je kunt opnoemen wat de biotische- en abiotische factoren zijn.
  • Je kunt uitleggen wat de verschillende organisatie niveaus zijn.

Slide 2 - Slide

Wat is ecologie?
Ecologie is het onderzoeken van de relaties tussen organismen en hun milieu (hun leefomgeving).
Het milieu heeft invloed op organismen.
Maar organismen hebben ook invloed op hun milieu.

Voorbeeld: Planten geven zuurstof af aan de lucht. 

Slide 3 - Slide

Wat is een organisme
Een organisme is een levend wezen. 
Dit levend wezen moet levensverschijnselen vertonen. 


De zeven levensverschijnselen:

Voeden.
Bewegen.
Groeien.
Ademhalen.
Uitscheiden.
Waarnemen.
Voortplanten.

Slide 4 - Slide

Biotische- en Abiotische factoren
De invloeden uit het milieu kun je indelen in 2 groepen:
- biotische factoren
- abiotische factoren

Slide 5 - Slide

Biotische factoren
Invloeden van de levende natuur zijn biotische factoren. deze invloeden zijn afkomstig van andere organismen.

Een roodborstje wordt bijvoorbeeld beïnvloed door de insecten die hij kan vangen en de roofdieren die hij moet ontwijken.

Slide 6 - Slide

Abiotische factoren
Een roodborstje wordt ook beïnvloed door de temperatuur, de hoeveelheid licht, de wind en de regen.

Invloeden van de levenloze natuur zijn abiotische factoren.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

De niveaus van de ecologie
Er zijn verschillende niveaus waarop ecologen onderzoek doen.
Van klein naar groot zijn dit:
- individu
- populatie
- levensgemeenschap
- ecosysteem

Slide 9 - Slide

Individu en populatie
Een individu is 1 enkel organisme.


Een populatie is een groep
individuen van dezelfde soort 
in een bepaald gebied die zich 
onderling voortplanten.

Opmerking. Overgenomen uit Herd of zebra photo door Matt Artz, 2017. 
opmerking. overgenomen uit Zebra in Savanna photo door Ron Dauphin, 2018. 

Slide 10 - Slide

Levensgemeenschap
In een gebied leven populaties van verschillende soorten.
Al deze populaties samen noem je een levensgemeenschap.
Bijvoorbeeld wilde zwijnen, bomen, planten, wormen, muizen, enz.

De populaties in een levensgemeenschap beïnvloeden elkaar. Roofvogels eten bijvoorbeeld muizen; herten eten gras.

Slide 11 - Slide

Ecosysteem
De abiotische factoren in een gebied zijn onder andere de lucht, de wind en het water.
De abiotische factoren en de levensgemeenschap samen vormen een ecosysteem.

Een ecosysteem is een gebied waarbinnen de biotische en abiotische factoren een eenheid vormen.
Voorbeelden van ecosystemen zijn een duingebied, een bos en een sloot.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide