werkwoordspelling: wel of geen persoonsvorm

Werkwoordspelling
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Werkwoordspelling

Slide 1 - Slide

Doel:
Je kunt het werkwoordschema gebruiken.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Noteer de werkwoorden:
Een hamster is zondagavond in de Zonstraat in Hengelo uit de lucht naar beneden gezeild.

Slide 4 - Open question

Noteer de werkwoorden:
Het jonge dier zat in een balletje. In dat balletje hing hij onder een miniparachute.

Slide 5 - Open question

Noteer de werkwoorden:
Kinderen waarschuwden hun ouders. De ouders schakelden direct de politie in.

Slide 6 - Open question

Noteer de werkwoorden:
Medewerkers van de Dierenambulance hebben zich over de hamster ontfermd.

Slide 7 - Open question

Is het woord dat je moet invullen de pv?

Met plakband heeft Josien de envelop extra (verstevigen).

A
wel pv
B
geen pv

Slide 8 - Quiz

Hoe schrijf ik dit voltooid deelwoord?

Met plakband heeft Josien de envelop extra (verstevigen).

A
verstevigt
B
verstevigd

Slide 9 - Quiz

Is het woord dat je moet invullen de pv?

Onze rookmelder (registeren) toe ook koolmonoxide.

A
wel pv
B
geen pv

Slide 10 - Quiz

Hoe schrijf ik deze pv?

Onze rookmelder (registeren) toen ook koolmonoxide.

A
registreert
B
registreerd
C
registreerde
D
registreerdde

Slide 11 - Quiz

Is het woord dat je moet invullen de pv?

Mijn opa (fluiten) vroeger altijd hetzelfde deuntje.

A
wel pv
B
geen pv

Slide 12 - Quiz

Hoe schrijf ik deze pv?

Mijn opa (fluiten) vroeger altijd hetzelfde deuntje.

A
fluit
B
fluidt
C
fluitte
D
floot

Slide 13 - Quiz