This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Nee, ik heb nog niet nagekeken...
Het waren er 108...
Slide 1 - Slide
Thema 2: Organen en cellen
B1 Organen van dieren
Slide 2 - Slide
B1 Organen van dieren
Leerdoelen:
Ik kan de organen benoemen in een torso en in dwarsdoorsnede van de romp
Ik kan organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren
Slide 3 - Slide
Orgaan
deel van een organisme dat een bepaalde taak uitvoert
Slide 4 - Slide
Noem minstens vijf organen die je kent...
Slide 5 - Open question
Orgaan: deel van een organisme met een of meer functies
Slide 6 - Slide
Orgaanstelsel
een groep samenwerkende organen die gezamenlijk een bepaalde functie hebben
Slide 7 - Slide
Noem een orgaanstelsel, inclusief functie
Slide 8 - Open question
Deze orgaanstelsels moet je kennen.
Weet je hoe ze heten?
Slide 9 - Slide
Organen van dieren
De meeste zoogdieren hebben dezelfde organen als de mens
Slide 10 - Slide
Insecten
Ook insecten hebben organen en orgaanstelsels
Slide 11 - Slide
Nog een video nodig?
Zo ja, bekijk de volgende video...
Zo nee, sla de volgende video over en maak de opdrachten...
Slide 12 - Slide
0
Slide 13 - Video
Huiswerk
Leerdoelen:
Ik kan de organen benoemen in een torso en in dwarsdoorsnede van de romp
Ik kan organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren
Maak de opdrachten
Neem de Samenhang door en maak de bijbehorende opdracht
Sluit af met Flitskaarten en Test Jezelf
Slide 14 - Slide
Afsluiter (laatste 5 minuten)
korte quizzzzz.....
Slide 15 - Slide
Wat is een orgaan?
A
Een orgaan is een deel van een organisme met een of meer functies
B
Een orgaan is een deel van het menselijk lichaam met een of meer functies
C
Groep organen met dezelfde functie
D
Alle antwoorden zijn goed
Slide 16 - Quiz
waar liggen meer organen?
A
Borstholte
B
Buikholte
Slide 17 - Quiz
Welke organen horen bij het spierstelsel
A
biceps en triceps
B
buikspieren en hart
C
dijspier en tong
D
hart en biceps
Slide 18 - Quiz
Welke organen zitten in de borstholte?
A
slokdarm en maag
B
hart en longen
C
longen en lever
D
luchtpijp en lever
Slide 19 - Quiz
Wat is de functie van bloedvaten?
A
Het bloed rondpompen
B
voedsel verteren
C
Bloed naar alle delen van het lichaam brengen
D
zuurstof in het bloed brengen
Slide 20 - Quiz
Welk organenstelsel brengt zuurstof in het bloed?
A
Bloedvatenstelsel
B
verteringsstelsel
C
zenuwstelsel
D
Ademhalingsstelsel
Slide 21 - Quiz
Welk orgaan gaat door het middenrif heen?
A
maag
B
dunnedarm
C
Slokdarm
D
dikke darm
Slide 22 - Quiz
Welke organen liggen in de buikholte?
A
lever en hart
B
maag en longen
C
dikke darm en slokdarm
D
maag en lever
Slide 23 - Quiz
Welke organen gaan dwars door het middenrif heen?
A
Dikke en dunne darm
B
maag en lever
C
slokdarm en maag
D
Slokdarm en bloedvaten
Slide 24 - Quiz
Evaluatie
Leerdoelen gehaald?
Je kan de organen benoemen in een torso en in dwarsdoorsnede van de romp
Je kan organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren
Op de volgende bladzijden staan nog extra oefenopgaven. Je kunt deze nog maken wanneer je het nog lastig vindt of wanneer je gaat leren voor de eindtoets. Wacht niet meer met leren tot je een toets hebt!