H2 - Overeenkomsten

1 / 31
next
Slide 1: Slide
Praktische economieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Pak je telefoon erbij en doe mee!
Pak je telefoon en doe mee!

Geen telefoon bij je? Dan werk je samen.


Slide 2 - Slide

Door welke twee 'onderdelen' ontstaat een overeenkomst?

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Video

Je wilt een huis kopen, maar je weet niet zeker of je een hypotheek kunt krijgen. Je sluit een verbintenis met de koper waarin je vastlegt dat je het huis koopt, behalve als je geen hypotheek kunt krijgen. Dit is een voorbeeld van:
A
Opschortende voorwaarde
B
Ontbindende voorwaarde

Slide 5 - Quiz

Je bestelt producten bij webwinkel AgriJansen. In de voorwaarden staat dat bestelde goederen geleverd worden als ze zijn betaald. Je gaat akkoord met de voorwaarden. De koopovereenkomst gaat in op het moment dat AgriJansen het geld voor jouw bestelling op zijn rekening heeft.
Dit een voorbeeld van:
A
Opschortende voorwaarde
B
C
D
Ontbindende voorwaarde

Slide 6 - Quiz

Welke rechtshandeling is een voorbeeld van een meerzijdige rechtshandeling?
A
Jan Albers biedt op studentenkamer.nl een kamer te huur aan voor €300 inclusief GWL
B
Joost plaatst een oproep voor een kamer van 20m2 op studentenkamer.nl
C
Joost en Jan sluiten een huurovereenkomst voor de studentenkamer

Slide 7 - Quiz

De trein heeft weer vertraging en onderweg naar huis weet je het zeker, je wilt een scooter kopen. Je gaat direct langs een zaak om het te regelen.
De volgende dag staat je vader of moeder bij de brommobieldealer. Hij/zij wil de koopovereenkomst vernietigen. Noem een geldige reden op grond waarvan de ouder de overeenkomst tussen kind en de brommobieldealer kan vernietigen:

Slide 8 - Open question

Een klant koopt een jonge olijfboom van €169,- bij een tuincentrum. Hij vraagt of de olijfboom winterhard is. Hij wil de boom in de volle grond planten en niet in een kuip. De verkoper verzekert dat de boom bestand is tegen de Nederlandse winter. Wat de verkoper niet vertelt, is dat de boom bij strenge vorst goed moet worden beschermd met een winterhoes. In het voorjaar blijkt dat de olijfboom de winter niet heeft overleefd door de strenge vorst. Waarvan is dit een voorbeeld?
A
Bedrog
B
Dwaling
C
Misbruik van omstandigheden
D
Bedreiging

Slide 9 - Quiz

Je denkt dat je een fiets koopt van een bepaald merk en goede kwaliteit. Je betaalt er €1299,- voor. Dit is een behoorlijke som geld, maar zo veel kosten fietsen van dit merk nu eenmaal. Later kom je er achter dat de fiets van een ander merk is en van veel slechtere kwaliteit. De verkoper heeft alleen een sticker van het betere merk erop geplakt.
A
Dwaling
B
Bedrog
C
Misbruik van omstandigheden
D
Bedreiging

Slide 10 - Quiz

Cor wordt onder druk gezet om niet met een nieuwe zakenpartner in zee te gaan. Hij besluit onder druk een nieuwe handelsovereenkomst te ondertekenen en niet over te stappen naar een andere leverancier.
A
Dwaling
B
Bedrog
C
Misbruik van omstandigheden
D
Bedreiging

Slide 11 - Quiz

Geef een voorbeeld waarbij er sprake zou kunnen zijn van 'misbruik van omstandigheden'

Slide 12 - Open question

Het uitbrengen van een offerte is een voorbeeld van
A
Een eenzijdige rechtshandeling
B
Een meerzijdige rechtshandeling

Slide 13 - Quiz

Het ondertekenen van een arbeidscontract of huurcontract is een voorbeeld van
A
Een eenzijdige rechtshandeling
B
Een meerzijdige rechtshandeling

Slide 14 - Quiz

Het opstellen van een testament is een voorbeeld van
A
Een eenzijdige rechtshandeling
B
Een meerzijdige rechtshandeling

Slide 15 - Quiz

Een schriftelijke waarschuwing aan de schuldenaar om de verplichtingen alsnog na te komen heet?
A
Een dreigbrief
B
Een contract
C
Een ingebrekestelling
D
Een brandbrief

Slide 16 - Quiz

Thomas en Nigel sluiten een weddenschap. Thomas krijgt €50 van Nigel als hij de middenstip van het kunstgrasveld van voetbalclub FC Vooruit voor de volgende thuiswedstrijd aan Nigel kan overhandigen. Is dit een geldige overeenkomst. Waarom wel/niet?

Slide 17 - Open question

Er is sprake van een wanprestatie bij:
A
Niet leveren van het product of de dienst
B
Te laat leveren van het product of de dienst
C
Verkeerd leveren van het product of de dienst

Slide 18 - Quiz

Een garagehouder belt na drie dagen met de klant. De garage heeft geen tijd om de distributieriem te vervangen. Of de klant de auto kan komen halen en hem ergens ander kan laten maken.
Hier is sprake van:
A
Wanprestatie
B
Overmacht

Slide 19 - Quiz

Sanne heeft een trouwjurk gekocht. Een week voor haar huwelijk past ze de trouwjurk voor de laatste keer. De jurk is boven nog iets te wijd en moet nog een stukje worden ingenomen. De bruidswinkel bezorgt de jurk op de ochtend van de huwelijksdag. Als Sanne haar jurk uit de hoes haalt, blijkt dat een groot deel van de pareltjes eraf zijn gevallen. Ook zitten er op de zijkant blauwe krijtstrepen. Is er sprake van een wanprestatie? Waarom?

Slide 20 - Open question

Wanprestatie
Er is sprake van wanprestatie.
Bij wanprestatie kan een schuldeiser het volgende eisen:
--> Nakoming van de overeenkomst eisen
--> Ontbinding van de overeenkomst
--> Opschorten van de eigen verplichting
--> Schadevergoeding eisen

Slide 21 - Slide

Wat kan Sanne van de bruidswinkel eisen?

Slide 22 - Open question

Wat kan Sanne eisen?
In het geval van Sanne zijn nakoming en ontbinding niet mogelijk. Nakoming
niet doordat er te weinig tijd is om de jurk nog voor het huwelijk te repareren enschoon te maken.
Ontbinding niet doordat Sanne dan geen trouwjurk heeft.
Sanne kan alleen nog een schadevergoeding eisen.

Slide 23 - Slide

Bedenk een voorbeeld waarin sprake is van overmacht voor de bruidswinkel

Slide 24 - Open question

Op welke manier verwacht je dat deze kennis van pas komt in de praktijk/ op stage?

Slide 25 - Open question

Feedback

Slide 26 - Slide

Ik heb nu meer kennis over de theorie rondom overeenkomsten
Ja
Nee

Slide 27 - Poll

Ik weet nu welke eisen er nodig zijn voordat een overeenkomst geldig is
Eens
Oneens

Slide 28 - Poll

Hoe wil je dat dit vak getoetst wordt?

Slide 29 - Open question

Ik vond de lesstof uitdagend
Eens
Oneens

Slide 30 - Poll

En nu?
Volgende week 
- Consumentenrecht 
- Werken in groepjes 

Slide 31 - Slide