Om het land het hele jaar kunstmatig te bevloeien, bedachten de Egyptische boeren systemen van (1). Dit zorgde voor een bloeiende landbouw, waardoor er (2) ontstond. Hierdoor hoefde niet iedereen zich bezig te houden met landbouw en gingen mensen (3) beoefenen. Sommige van deze mensen gingen zich focussen op 1 vaardigheid, dit noemen we (4). De spullen die zij maakten, verkochten ze op markten. Hier werd (5) gedreven. De economie groeide en er kwam veel (6) in Egypte.
De bevolking groeide, meer mensen gingen bij markten wonen om daar producten te maken of verkopen. Op deze plekken ontstonden de eerste steden.
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Bestuur van Egypte
Leiders bestuurden een gebied om landbouw goed te laten verlopen
Oorlog 3000 v. Chr. : Egypte 1 staat met 1 koning, Narmer
Slide 4 - Slide
koninkrijk: staat met een koning
koning narmer van boven egypte verslaat beneden egypte
Farao
Egyptenaren waren 1 volk
Zij waren onderdanen van de farao, hun koning
Zij geloofden dat hij een god was
Slide 5 - Slide
osiris en isis zouden 1e farao's zijn, hun zoon horus was daarna farao, in de lucht was hij een valk, op aarde een farao farao aardse verschijning horus
Sterke farao: eenheid in Egyptische rijk - beschermt onderdanen met leger - verovert nieuw gebied
Zwakke farao: opstanden, verdeeldheid
525 v. Chr. einde Egyptische rijk
Slide 6 - Slide
1500 v. Chr. syrie en nubie onderdeel egyptische rijk - hiedoor meer rijkdom, moesten goederen leveren
525 v. Chr.: egypte veroverd door perzen, einde egyptische rijk
Slide 7 - Video
This item has no instructions
Het schrift
Uitgevonden rond 3000 v. Chr.
Hiërogliefen: tekens gekrast in steen - voor godsdienstige teksten
Makkelijkere variant voor het opschrijven van: - wetten: regels waaraan mensen zich moesten houden - administratie van belasting en voedselvoorraad
Slide 8 - Slide
This item has no instructions
Oudheid
Nieuwe periode door uitvinding schrift
Einde prehistorie
Duurde tot 500 n. Chr.
Slide 9 - Slide
vraag: waarom einde prehistorie?
vraag: waarom is dit fijn voor historici?
Aan de slag!
Wat: maak opdr. 1 t/m 8 van H2.2 Hoe: eerste 10 minuten in stilte Hulp: vinger opsteken Tijd: tot einde les Klaar: lees H2.4