A/An

Luisterles + Grammar BK
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Luisterles + Grammar BK

Slide 1 - Slide

Luisteren TL opdracht

Slide 2 - Slide

Rules
LIDWOORDEN IN HET ENGELS
- Geen verschil "de" en "het", je gebruikt: THE
- Voor "een" zijn twee vertalingen: A + AN

De auto   = The car
Het ei       = The egg 
Een auto = A car
Een ei      = An egg

Slide 3 - Slide

medeklinkers - klinkers
medeklinkers - klinkers

Slide 4 - Slide

Een (A/An)
.


Het gaat om wat je hoort, niet om wat je ziet!
A gebruik je voor woorden die beginnen met een medeklinker:
- A woman
- A shoe
AN gebruik je voor woorden die beginnen met een klinker
- An apple
- An egg

Slide 5 - Slide

Een (A/An)
Maar een klinker kan klinken als een medeklinker:

-"u" kan klinken als "you"
> A University

- "o" kan klinken als "w"
> A one bedroom appartment
Maar een medeklinker kan klinken als een klinker:

- Soms spreek je de "h" niet uit:
> An hour

- Bij een afkorting hoor je soms de klinker niet
> An NBC reporter

Slide 6 - Slide

a of an?
.... university
A
a
B
an

Slide 7 - Quiz

a of an?
..... dog
A
a
B
an

Slide 8 - Quiz

a of an?
..... house
A
a
B
an

Slide 9 - Quiz

a of an?
.... hour
A
a
B
an

Slide 10 - Quiz

a of an?
.... uniform
A
a
B
an

Slide 11 - Quiz

a of an?
.... hero
A
a
B
an

Slide 12 - Quiz

Aan de slag
BK: Opdr 24, 30, 31, 32, 33, 51
GT: Opdr 26, 27, 28, 29, 30, 31

Slide 13 - Slide