3.3 Dieren

3.3 Dieren
Je kunt dieren indelen op grond van de kenmerken skelet en symmetrie.
Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van zes stammen van het dierenrijk.
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3.3 Dieren
Je kunt dieren indelen op grond van de kenmerken skelet en symmetrie.
Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van zes stammen van het dierenrijk.

Slide 1 - Slide

Symmetrie
Sommige voorwerpen bestaan uit twee helften die elkaars spiegelbeeld zijn. Zo’n voorwerp is symmetrisch. Een symmetrisch voorwerp is in twee gelijke helften te verdelen.

De mens is niet helemaal symmetrisch: organen. Toch behoren wij tot de tweezijdig symmetrische dieren.

Veel soorten dieren zijn tweezijdig symmetrisch. Deze dieren kun je maar op één manier in twee gelijke helften verdelen.


Slide 2 - Slide

veelzijdig symmetrisch
meerdere manieren verdelen
niet-symmetrisch
niet verdelen

Slide 3 - Slide

Het skelet: uit- of inwendig

Slide 4 - Slide

Dieren zonder skelet

Slide 5 - Slide

Indelen van stammen
Op basis van:
Skelet
Symmetrie
6 stammen van de 34 

Slide 6 - Slide

1. Sponsdieren
  • niet-symmetrisch
  •  stevige hoornvezels tussen de cellen
  • zitten meestal vast op de bodem van de zee

Slide 7 - Slide

2. Neteldieren
  • veelzijdig-symmetrisch
  • meestal geen skelet
  • leven in het water
  • vangen hun prooi met tentakels 

Slide 8 - Slide

3. Weekdieren
  • tweezijdig-symmetrisch
  • meestal een schelp of huisje als skelet 

Slide 9 - Slide

4. Stekelhuidigen 
  • Veelzijdig-symmetrisch
  • inwendig skelet van kalk
  • de huid is bedekt met stekels op knobbels
  • leven op de bodem van de zee

Slide 10 - Slide

5. Geleedpotigen
  • Tweezijdig-symmetrisch
  • het skelet is een pantser
  • hieronder vallen de meeste diersoorten 

Slide 11 - Slide

6. Gewervelden
  • tweezijdig-symmetrisch
  • een inwendig skelet
  • hieronder valt ook de mens 

Slide 12 - Slide

Aan de slag!
We maken opdracht 1 t/m 9
Vraag 4 mag je overslaan

Slide 13 - Slide