This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
2 H2B2 KUBV Theorie Les 1.4 Sculptuur en Ruimte
Slide 1 - Slide
Drie technieken moet je kennen:
- Modelleren
vormen met zacht materiaal (bijv. klei)
- Beeldhouwen
uit hard materiaal hakken (bijv. steen)
- Assembleren:
diverse driedimensionale voorwerpen samenvoegen tot een sculptuur
Slide 2 - Slide
VOORSTELLING
&
VORMGEVING
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Kleuren
Materiaal
Techniek
Waarneming/verbeelding
Formaat/gewicht
Textuur
Stijl
Plasticiteit
VORMGEVING: HOE IS HET VORMGEGEVEN EN WAARMEE
Kleuren
Materiaal
Techniek
Waarneming/verbeelding
Formaat/gewicht
Plasticiteit
Textuur
Stijl
VORM
GEVING
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Noem drie verschillen die betrekking hebben op de vormgeving tussen de sculptuur op de linkerafbeelding en de rechterafbeelding. Wees specifiek!!
Slide 7 - Open question
Voorstelling
Wat wordt er voorgesteld / afgebeeld?
Anders gezegd: wat zie je en waar gaat het over?
Als je iets zegt over de voorstelling van een kunstwerk, bespreek je wat er te zien is en waar het kunstwerk over gaat
(Bijvoorbeeld: welke personen zie je, wat doen ze,
en welke emotie wordt getoond, welk verhaal wordt verteld?)
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Voorstelling
Wat wordt er voorgesteld / afgebeeld?
Anders gezegd: wat zie je en waar gaat het over?
Als je iets zegt over de voorstelling van een kunstwerk, bespreek je wat er te zien is en waar het kunstwerk over gaat
(Bijvoorbeeld: welke personen zie je, wat doen ze,
en welke emotie wordt getoond, welk verhaal wordt verteld?)
Slide 10 - Slide
Bekijk de twee sculpturen van David (links van Michelangelo en rechts van Bernini). Welke verschillen zie je wat betreft de voorstelling? Wees uitgebreid!
Slide 11 - Open question
Slide 12 - Slide
De linker David is gemaakt in de periode van de renaissance en de rechter David in de periode van de Barok. Zoek op internet de kenmerken op van deze stijlperiodes. Hoe zie je de kenmerken in deze sculpturen terug? Antwoord uitgebreid.
Slide 13 - Open question
vorige week
Slide 14 - Slide
SAMENVATTING
voorstelling en vormgeving
waarneming en verbeelding
figuratief, abstract, geabstraheerd en gestileerd
Slide 15 - Slide
Wat is voorstelling en wat is vormgeving?
voorstelling
wat wordt er afgebeeld?
vormgeving
hoe is het afgebeeld?
Slide 16 - Slide
Sleep de tekst naar het juiste woord
voorstelling
vormgeving
Het beeld is een buste van een dame met een haarband in het haar.
Het beeld is geabstraheerd.
De beeldhouwer gebruikte de kleuren wit, roze, zwart, groen, blauw
Je ziet geen armen, lijf en benen.
Ogen, neus en mond zitten op een vreemde plaats.
Slide 17 - Drag question
Sleep de tekst naar het juiste woord
voorstelling
vormgeving
Gebogen mensen lopen naar een poort, een persoon is net onder de poort door gegaan en de voorste persoon strekt zich uit naar de hemel.
De mensfiguren zijn vereenvoudigd weergegeven.
De beeldengroep is van brons gemaakt.
De poort lijkt een dier of insect met zware poten.
Alles heeft een grove textuur.
Slide 18 - Drag question
Naar de waarneming of naar de verbeelding?
Waarneming: zoals we de wereld in het echt zien
Verbeelding: zoals de wereld er in onze gedachten of dromen uit kan zien
Slide 19 - Slide
Sleep het juiste woord naar de afbeelding
naar de waarneming
naar de verbeelding
Slide 20 - Drag question
Sleep het juiste woord naar de afbeelding
naar de waarneming
naar de verbeelding
Slide 21 - Drag question
Figuratief of abstract?
Figuratief:je ziet een voorstelling
Abstract:je ziet geen voorstelling
Slide 22 - Slide
Sleep het juiste woord naar de afbeelding
figuratief
abstract
Slide 23 - Drag question
Sleep het juiste woord naar de afbeelding
figuratief
abstract
Slide 24 - Drag question
Stileren of abstraheren?
Stileren is versimpelen.
Bij abstraheren is er sprake van veranderen en wijzigen van de realiteit.
Slide 25 - Slide
Sleep het juiste woord naar de afbeelding
stileren
abstraheren
Slide 26 - Drag question
Stileren is versimpelen
Abstraheren is veranderen van de realiteit
Abstract is zonder voorstelling
Slide 27 - Slide
Sleep het juiste woord naar de afbeelding
stileren
abstraheren
Slide 28 - Drag question
Bij abstraheren is er sprake van veranderen en wijzigen van de realiteit.
Stileren is versimpelen.
Slide 29 - Slide
Sleep het beste woord naar de afbeelding
realistisch
stileren
abstraheren
abstract
Slide 30 - Drag question
Sleep het beste woord naar de afbeelding
realistisch
stileren
abstraheren
abstract
Slide 31 - Drag question
Sleep het beste woord naar de afbeelding
realistisch
stileren
abstraheren
abstract
Slide 32 - Drag question
Sleep het beste woord naar de afbeelding
realistisch
stileren
abstraheren
abstract
Slide 33 - Drag question
Drie technieken moet je kennen:
Modelleren:vormen met zacht materiaal (bijv. klei)
Beeldhouwen:uit hard materiaal hakken (bijv. steen)
Assembleren:diverse driedimensionale voorwerpen samenvoegen tot een sculptuur
Slide 34 - Slide
Sleep het juiste woord naar de afbeelding
modelleren
beeldhouwen
assembleren
Slide 35 - Drag question
Deze les:
Deze les is een voorbereiding op de praktijkopdracht reliëf.
Deze opdracht komt ná de geboetserde buste van klei.
We maken een reliëf naar de verbeelding bij een kunstwerk.
Slide 36 - Slide
De volgende begrippen zijn belangrijk:
– reliëf
– overlapping
– afsnijding
– repoussoir
Slide 37 - Slide
nieuw:
reliëf: driedimensionale afbeelding op een plat vlak
Slide 38 - Slide
herhaling uit klas 1:
overlapping: vormen zijn over elkaar heen geplaatst,
het lijkt of ze voor en achter elkaar staan
afsnijding: vormen lopen van het beeld af; het lijkt of
de ruimte doorloopt buiten het kunstwerk
repoussoir: op de voorgrond staat iets groots en donkers waar je langs kijkt naar achteren
Slide 39 - Slide
Welke begrippen zijn juist en welke onjuist?
juist
onjuist
reliëf
overlapping
afsnijding
repoussoir
Slide 40 - Drag question
Welke begrippen zijn juist en welke onjuist?
juist
onjuist
reliëf
overlapping
afsnijding
repoussoir
Slide 41 - Drag question
Welke begrippen zijn juist en welke onjuist?
juist
onjuist
reliëf
overlapping
afsnijding
repoussoir
Slide 42 - Drag question
Welke begrippen zijn juist en welke onjuist?
juist
onjuist
reliëf
overlapping
afsnijding
repoussoir
Slide 43 - Drag question
Welke begrippen zijn juist en welke onjuist?
juist
onjuist
reliëf
overlapping
afsnijding
repoussoir
Slide 44 - Drag question
Welke begrippen zijn juist en welke onjuist?
juist
onjuist
reliëf
overlapping
afsnijding
repoussoir
Slide 45 - Drag question
Beschrijf wáár je de gekozen begrippen ziet op het schilderij.
Slide 46 - Open question
Was je het niet eens met een antwoord op voorgaande vragen en waarom?
Slide 47 - Open question
Is deze sculptuur abstract, geabstraheerd of gestileerd? Beargumenteer je keuze nauwkeurig!
Slide 48 - Open question
Ga op je iPad naar kahoot.it
Vul de game pin in
Doe mee met je eigen naam
Gebruik deze kahoot om te checken of je stof beheerst!