H1 Formules en Grafieken MW 10 3A VMBO-GT

Bij dit verhaal (stuk tekst) hoort er een puntengrafiek
A
Waar
B
Niet waar
1 / 18
next
Slide 1: Quiz
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Bij dit verhaal (stuk tekst) hoort er een puntengrafiek
A
Waar
B
Niet waar

Slide 1 - Quiz

Waarom hoort bij dit verhaal een puntengrafiek?
A
Omdat de grafiek uit punten bestaat
B
Omdat je alleen 1, 2, 3 etc. dranktickets kunt kopen

Slide 2 - Quiz

Als een grafiek een horizontale lijn is, veranderd de _______ niet
A
y-coördinaat
B
x-coördinaat

Slide 3 - Quiz

Wat is de formule van deze grafiek?
A
y = 1
B
x = 2
C
y = 2
D
x = 1

Slide 4 - Quiz

Teken de lijn x = 4
A
B
C
D

Slide 5 - Quiz

Geef de coördinaten van de snijpunt
A
(3, 4)
B
3, 4
C
4, 3
D
(4, 3)

Slide 6 - Quiz

De grafiek van een kwadratische formule heet een _________
A
Parabool
B
Paraboog
C
Hyperbool
D
Puntengrafiek

Slide 7 - Quiz

Geef de coördinaten van de top van de Parabool
A
(3, 3)
B
(1, 3)
C
(2, 2)
D
(0, 0)

Slide 8 - Quiz

De grafiek is een bergparabool
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

Geef de formule van de symmetrieas van de dalparabool
A
(-2, 0)
B
y = -2
C
x = -2
D
(x, y)

Slide 10 - Quiz

Bij wat voor formule hoort deze tabel?
A
Lineaire formule
B
Derdemachtsformule
C
Wortel Formule
D
Kwadratische formule

Slide 11 - Quiz

 
Vul de tabel in bij de formule 
timer
1:00
-1
0
3
8
8
3
0
-10
-2
-5
15
-10

Slide 12 - Drag question

Geef de formule van de symmetrieas van de derdemachts grafiek
A
Een derdemachts grafiek heeft geen symmetrieas
B
x = 0
C
y = 0
D
(0, 0)

Slide 13 - Quiz

Wat is het kleinste waarde die voor x kunt invullen?
A
2
B
0
C
-2
D
-4

Slide 14 - Quiz

timer
0:30
Grafiek 1
Grafiek 2
Grafiek 3

Slide 15 - Drag question

Wat voor verband hoort er bij deze grafiek?
A
Wortel verband
B
Kwadratisch verband
C
Lineaire verband
D
Omgekeerd evenredig verband

Slide 16 - Quiz

Wat is de formule die bij deze omgekeerd evenredig tabel hoort?
x
-2
-1
0
1
2
3
y
15
30
-
-30
-15
-10
A
y=x30
B
y=x30
C
yx=30
D
yx=30

Slide 17 - Quiz

x
-10
-5
-2
-1
1
2
y
-2
-4
-10
-20
20
10
a
-3
-2
-1
0
1
2
b
0
1
1,4
1,7
2
2,2
x
-2
-1
0
1
2
3
y
8
2
0
2
8
18
k
-1
0
1
2
3
4
l
1,75
2
2,25
2,5
2,75
3
Sleep het juiste verband dat er bij de tabellen hoort
Kwadratisch verband
Lineair verband
Omgekeerd evenredig verband
Wortel veband

Slide 18 - Drag question