week 4 les 5
Typ het woord wat je hoort
1 / 16
Lesson duration is: 15 minItems in this lesson
Typ het woord wat je hoort
Slide 1 - Open question
Typ het woord wat je hoort
Slide 2 - Open question
luiden
t.t. ik.......
t.t. ik.......
Slide 3 - Open question
luiden
t.t. Patrick.......
t.t. Patrick.......
Slide 4 - Open question
luiden
t.t. jullie.......
t.t. jullie.......
Slide 5 - Open question
luiden
t.t. gebiedende wijs
t.t. gebiedende wijs
Slide 6 - Open question
verbinden
t.t ik..........
t.t ik..........
Slide 7 - Open question
verbinden
t.t Patrick..........
t.t Patrick..........
Slide 8 - Open question
verbinden
t.t jullie..........
t.t jullie..........
Slide 9 - Open question
verbinden
t.t gebiedende wijs
t.t gebiedende wijs
Slide 10 - Open question
rekenen [tt] Jan _____________ de sommen op zijn vingers uit.
Slide 11 - Open question
bouwen [tt] Wij _____________ een boomhut.
Slide 12 - Open question
vragen [vt] Vorige week _____________ jij of je een kleurplaat mocht uitprinten.
Slide 13 - Open question
luisteren [vt] Horis _____________ vorige week niet naar de meester.
Slide 14 - Open question
vertellen [vd] Hij heeft me dat geheim _____________.
Slide 15 - Open question
staan [vd] Ik heb op zijn tenen _____________.
