2.6 Celdeling

H2 Organen en cellen
2.6 Celdeling
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H2 Organen en cellen
2.6 Celdeling

Slide 1 - Slide

Planning
- Herhaling vorige basisstoffen
- De gewone celdeling
- Stamcellen
- Afsluiting

Slide 2 - Slide

Aan het einde van de les...
- Kun je uitleggen hoe de celdeling werkt.
- Kun je uitleggen wat stamcellen zijn.

Slide 3 - Slide

Waar in de cel kun je chromosomen vinden? Waar bestaan die chromosomen uit?

Slide 4 - Open question

Noem vijf organen die je in de buikholte kunt vinden.

Slide 5 - Open question

Noem twee orgaanstelsels die met elkaar samenwerken, en leg uit hoe ze samenwerken.

Slide 6 - Open question

Plantaardige en dierlijke cellen

Slide 7 - Slide

DNA
Hierin zitten al je erfelijke eigenschappen.
Oogkleur
Haarkleur
Vorm oren
Geslacht
Haar type
(krul, stijl etc) 
En nog veel meer....
Erfelijke eigenschappen
Eigenschappen die je van je ouders hebt gekregen.
Of je lactose kunt verteren

Slide 8 - Slide

De celdeling
???

Slide 9 - Slide

De celcyclus
Hoe zijn de chromosomen nu wel zichtbaar?

Slide 10 - Slide

De celcyclus

Slide 11 - Slide

Stamcellen
Embryonale stamcellen kunnen nog alles worden, volwassen stamcellen blijven vaak alleen een cel worden van de weefsels waar ze in zitten.

Slide 12 - Slide

Waarom kunnen embryonale stamcellen veel meer?

Slide 13 - Slide

Wat is het verschil tussen een gewone cel en een stamcel?
  • Stamcellen zijn cellen die zich nog niet hebben ontwikkeld naar cellen met een specifieke functie, zoals spiercellen of zenuwcellen. 
  • Stamcellen kunnen zich nog tot elke cel met een functie differentiëren, oftewel veranderen.

Slide 14 - Slide

Aan de slag!
  • Maak 2.6 opdracht opdracht 1 t/m 7.
  • Maak je tekening blad en plantencel af.
  • Nakijken 2.5 
  • klaar maak je 2.6 opdracht 8 en 9.
  • Noteer in je agenda: Toets maandag 16 december, 2e uur,  2.1 t/m 2.6 leren.

Slide 15 - Slide

Wat gebeurt er met de chromosomen aan het begin van de celdeling?
A
Blijft hetzelfde
B
Wordt gehalveerd
C
Wordt verdubbeld

Slide 16 - Quiz

Kan een dochtercel ook een moedercel zijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quiz

Hoe heten cellen die nog geen gespecialiseerde functie hebben?

Slide 18 - Open question