uitstelgedrag

Procrastination mentor uur 
1 / 10
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Procrastination mentor uur 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Zal deze taak mij makkelijk of moeilijk afgaan? Wat verwacht ik van deze taak? Wat verwacht ik van mezelf bij het uitvoeren van deze taak?
Hoe belangrijk is deze taak voor mij, welke waarde hecht ik aan deze taak? Heeft het wel/niet uitvoeren gevolgen voor mij?
Hoe groot acht ik de kans om tóch iets anders te gaan doen voordat ik aan deze taak begin, of om tijdens de taak afgeleid te raken door iets anders?
In hoeverre is deze taak urgent? Is er sprake van een deadline voor deze taak?
Expectancy
Value
Impulsiveness
Delay

Slide 3 - Drag question

Wat is bij jou meestal de boosdoener?
Expectancy
Value
Impulsiveness
Delay

Slide 4 - Poll

Hoe werk ik daaraan?
Value --> 
Vraag je docent om een keer in gesprek te gaan met jou, over het nut van de opdracht/de leerstof. Je kunt het ook aan een familielid vragen, wellicht ga je dan inzien wat het nut is.

Slide 5 - Slide

Hoe werk ik daaraan?
Impulsiveness --> 
Oefen met HO! Jij bent de baas over je brein! Hoe vaker je 'nee' kunt zeggen, hoe makkelijker het gaat.

Slide 6 - Slide

Hoe werk ik daaraan?
Delay --> 
Zorg voor een stok achter de deur. Dit kan een deadline zijn, of een beloning die je afspreekt met jezelf of met je ouders.

Slide 7 - Slide

Hoe werk ik daaraan?
Expectancy --> 
Kijk naar wat wél lukt. Probeer een growth mindset te hebben. Maak stapjes klein en haalbaar. 

Slide 8 - Slide

Het stappenplan
Kies één van de taken die je noteerde bij het inventariseren van wat jij uitstelt.

Wat is de boosdoener vooral: expectancy/ value/ impulsivity/delay?
Hoe graag wil ik dat het me lukt om de taak ECHT te doen? (geef een cijfer)
Wat levert het mij op wanneer ik de taak gedaan heb? (welk gevoel, welk zichtbaar resultaat)
Dit is een zo klein mogelijke eerste stap in de goede richting: Eerste stap is…….
Wat of wie heb ik nodig om de taak uit te voeren?
Wanneer ga ik de eerste stap doen? Datum/tijdstip:
Wat kan mijn eerste stap saboteren (dat ik het toch niet doe)? Mijn “excuus”:
Hoe ga ik dat tackelen? (welke stok zet ik achter de deur?)
Hoe beloon ik mijzelf wanneer ik de eerste stap heb gezet én wanneer de taak vordert én wanneer de taak is afgerond?

Slide 9 - Slide

Jullie kunnen het!

Slide 10 - Slide