MCAWIS dt4 lj3 week 1 les 1

Leerdoelen deeltaak 4
Hoofdstuk 9 en hoofdstuk 8
  • Kan je rekenen met breuken, wortels en machten
  • Kan je rekenen met breuken, wortels en machten waar variabelen in voorkomen (nodig voor oplossen vergelijkingen)
  • Je kent de begrippen absolute en relatieve frequentie
  • Je kunt het gemiddelde, de mediaan en de modus berekenen 
  • Je kent de spreidingsmaten
  • Je kunt een boxplot aflezen en tekenen
  • Je kunt een puntenwolk aflezen 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Leerdoelen deeltaak 4
Hoofdstuk 9 en hoofdstuk 8
  • Kan je rekenen met breuken, wortels en machten
  • Kan je rekenen met breuken, wortels en machten waar variabelen in voorkomen (nodig voor oplossen vergelijkingen)
  • Je kent de begrippen absolute en relatieve frequentie
  • Je kunt het gemiddelde, de mediaan en de modus berekenen 
  • Je kent de spreidingsmaten
  • Je kunt een boxplot aflezen en tekenen
  • Je kunt een puntenwolk aflezen 

Slide 1 - Slide

Vandaag

  •  Start hoofdstuk 9  
  • Zelf werken 
Doel van vandaag
Na vandaag kan ik rekenen met breuken en breuken vereenvoudigen

Slide 2 - Slide

HOOFDSTUK 9 
REKENEN MET VARIABELEN

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • optellen/aftrekken van breuken: noemers moeten gelijk zijn! 
  • Vermenigvuldigen van breuken: vermenigvuldig de tellers met elkaar en de noemers met elkaar 

Slide 5 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • optellen/aftrekken van breuken: noemers moeten gelijk zijn! 
51+81
Noemers gelijk maken!

Slide 6 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • optellen/aftrekken van breuken: noemers moeten gelijk zijn! 
51+81
Noemers gelijk maken!
408+405

Slide 7 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • optellen/aftrekken van breuken: noemers moeten gelijk zijn! 
51+81
Noemers gelijk maken!
408+405
=4013

Slide 8 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • optellen/aftrekken van breuken: noemers moeten gelijk zijn! 
5x+8x

Slide 9 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • optellen/aftrekken van breuken: noemers moeten gelijk zijn! 
5x+8x
Noemers gelijk maken!
40(8x)+40(5x)
=40(13x)

Slide 10 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • optellen/aftrekken van breuken: noemers moeten gelijk zijn! 
5x+8x
Noemers gelijk maken!
40(8x)+40(5x)

Slide 11 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • optellen/aftrekken van breuken: noemers moeten gelijk zijn! 
x7+5x12

Slide 12 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • optellen/aftrekken van breuken: noemers moeten gelijk zijn! 
x7+5x12
Noemers gelijk maken!
5x35+5x12

Slide 13 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • vermenigvuldigen van breuken: telelrs met elkaar vermenigvuldigen en noemers met elkaar vermenigvuldigen
7153

Slide 14 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • vermenigvuldigen van breuken: telelrs met elkaar vermenigvuldigen en noemers met elkaar vermenigvuldigen
7153
=353

Slide 15 - Slide

Uitleg 9.1
Rekenen met breuken:
  • vermenigvuldigen van breuken: telelrs met elkaar vermenigvuldigen en noemers met elkaar vermenigvuldigen
7153
=353
x394
=9x12

Slide 16 - Slide

Uitleg 9.1
Je kan een breuk vereenvoudigen door de teller en de noemer door hetzelfde getal/variabele te delen
6x2(2x)

Slide 17 - Slide

Uitleg 9.1
Je kan een breuk vereenvoudigen door de teller en de noemer door hetzelfde getal/variabele te delen
6x2(2x)
=23xx(2x)

Slide 18 - Slide

Uitleg 9.1
Je kan een breuk vereenvoudigen door de teller en de noemer door hetzelfde getal/variabele te delen
6x2(2x)
=23xx(2x)
=3x1

Slide 19 - Slide

Schrijf op als één breuk:
2x12+x4
A
x10
B
3x16
C
2x248
D
3x48

Slide 20 - Quiz

Schrijf op als één breuk:
9(2x)10x23
A
27(20x3)
B
15x1
C
90x29x
D
(20x3)27

Slide 21 - Quiz