5.1 Lijnen

1 / 54
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 54 slides, with interactive quizzes, text slides and 10 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Planning 
  • iedereen aanwezig en materiaal mee?
  • telefoons op stil en in de telefoonzak?
  • toetsanalyse H4
  • Voorkennis
  • 5.1 Lijnen
  • stiltetijd 
  • afsluiting

Slide 2 - Slide

5.1 Lijnen 
Met lijnen bedoelen we 
altijd rechte lijnen.

Lijnen worden aangegeven met
een kleine letter

Punten worden aangegeven met
een hoofdletter


Slide 3 - Slide

5.1 loodlijnen
Een loodlijn is een lijn die een andere lijn snijdt en waarbij de hoek dan 90 graden is. Een hoek van 90 graden is een rechte hoek. Een rechte hoek wordt ook wel een haakse hoek genoemd. Loodlijnen herken je aan het rechtehoeksymbool. 

p is een loodlijn op q
p staat loodrecht op q
p ⊥ q
teken ⊥ heet het loodrechtsymbool..







Slide 4 - Slide

5.1 Loodlijn tekenen

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

lijnen worden aangegeven met een hoofletter
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Wat is een loodrechte lijn?
A
Een lijn die een andere lijn niet snijdt
B
Een lijn die een andere lijn loodrecht snijdt
C
Een rechte lijn
D
Een lijn die een andere lijn snijdt

Slide 11 - Quiz

Welke lijnen snijden elkaar loodrecht?
A
rood en groen
B
rood en paars
C
rood en zwart
D
blauw en zwart

Slide 12 - Quiz

Welke lijnen staan loodrecht op elkaar?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 13 - Quiz

De loodrechte lijnen zijn
A
c en d
B
a en b
C
c en b
D
d en e

Slide 14 - Quiz

5.1 evenwijdig lijnen
Evenwijdige lijnen snijden elkaar nooit, ook niet wanneer je ze langer maakt. Evenwijdig is hetzelfde als parallel.

l en m snijden elkaar niet. 
Deze lijnen lopen evenwijdig.
Je schrijft: l//m

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Wat zijn evenwijdige lijnen?
A
Lijnen die elkaar snijden
B
Lijnen die loodrecht op elkaar staan
C
Lijnen die elkaar nooit snijden
D
Lijnen die elkaar kruisen

Slide 18 - Quiz

Welke lijn is evenwijdig
aan lijn b ?
Welke lijn is evenwijdig
aan lijn b ? 
A
lijn a
B
lijn c
C
lijn d
D
geen enkele lijn

Slide 19 - Quiz

Lijn n en lijn l zijn ...
A
Loodlijnen
B
Deellijnen
C
Evenwijdige lijnen
D
Lijnstukken

Slide 20 - Quiz

5.3 Hoeken meten

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Bij welk plaatje ligt de geo goed?
A
B
C
A
Bij A
B
Bij B
C
Bij C

Slide 23 - Quiz


A
25 graden
B
55 graden
C
95 graden
D
105 graden

Slide 24 - Quiz


A
41 graden
B
117 graden
C
248 graden
D
302 graden

Slide 25 - Quiz

5.3 hoeken meten (extra)
Dit is de uitdaging. Dit komt niet op de toets. Je mag dit overslaan en doorgaan naar 5.4

De volgende 2 filmpjes gaan over 

  • rekenen met een gestrekte hoek
  • rekenen met overstaande hoeken

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Welke hoeken zijn samen 180 graden?
A
A1+A2
B
A1+A3
C
A2+A4
D
A2+A3

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Video

Welke hoeken zijn evengroot?
A
A1+A2
B
A1+A3
C
A2+A4
D
A2+A3

Slide 30 - Quiz

5.4 Hoeken tekenen

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Bij welk plaatje ligt de geo goed?
A
B
C
A
Bij A
B
Bij B
C
Bij C

Slide 34 - Quiz

5.5 Kijklijnen en kijkhoek

Slide 35 - Slide

5.5 Kijklijnen en kijkhoek
  • Marloes kijkt door de deur, hoeveel klasgenoten ziet ze?

Slide 36 - Slide

Kijklijnen en kijkhoek
De kijklijnen van Marloes teken je vanaf het middelpunt van haar ogen, langs de zijkant van de deur. 
De hoek tussen de lijnen is haar kijkhoek.

Ze ziet dus 6 en een halve klasgenoot

Slide 37 - Slide


Welke kijkhoek is het grootst?
A
David
B
Maas

Slide 38 - Quiz

Als ik je door een raam naar buiten kijkt zie je alles binnen jouw kijkhoek. Wat gebeurd er met de kijkhoek als ik dichter bij het raam ga staan?
A
De kijkhoek blijft gelijk
B
De kijkhoek wordt kleiner
C
De kijkhoek wordt groter
D
Ik heb geen kijkhoek meer

Slide 39 - Quiz

Wie heeft een grotere kijkhoek,
persoon A of persoon B?
A
Persoon A
B
Persoon B

Slide 40 - Quiz

5.6 hoekensom driehoek
In een driehoek is de som van de hoeken 180 graden

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Video

Alle hoeken samen van een driehoek zijn:
A
90 graden
B
180 graden
C
360 graden
D
45 graden

Slide 43 - Quiz

Hoe groot is hoek C?
A
210 graden
B
55 graden
C
30 graden
D
Kun je zo niet berekenen, driehoek is niet rechthoekig.

Slide 44 - Quiz

In een driehoek is een hoek 40 graden en een andere hoek is 65 graden. Hoe groot is de derde hoek?
A
95 graden
B
55 graden
C
75 graden
D
85 graden

Slide 45 - Quiz

In een driehoek is :
Hoek A 90 graden
Hoek B 60 graden
Hoe groot is hoek C?
A
0
B
30
C
60
D
90

Slide 46 - Quiz

Driehoek ABC is rechthoekig. hoek C is de rechte hoek, hoek A = 38 graden, bereken hoek B
A
52
B
71
C
Dit kan je niet berekenen

Slide 47 - Quiz

 succes op de toets !

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide

Terugblik
Wat hebben we de vorige les gedaan:
*Je kent en herkent de verschillende ruimtefiguren (kubus, balk, bol, kegel, prisma, cilinder en piramide).
*Je weet wat platte vlakken, gebogen vlakken, hoekpunten en ribben zijn.



Slide 50 - Slide

1.2 kubus en vierkant
Wat gaan we deze les doen:
*Je kent de kenmerken (hoekpunten, ribben en zijvlakken) van een kubus met hoofdletters benoemen.
*Je kunt een kubus en de uitslag van een kubus tekenen.



Slide 51 - Slide

werken uit het boek
Wat?
1.2 Kubus en vierkant 10, 11, 12, 13, 14, 16, 17, 22, 24, 25, 26, L3, L4, L5
Hoe?
Eerst zelfstandig
Hulp?
buurman/buurvrouw
Tijd?
15 minuten
Klaar?
Ga verder met 
1.3 Balk en rechthoek 30, 31, 32, 33, 36, 39, 41, 42, 43, 44, 45, L6, L7, L8
1.4 Cilinder, kegel en cirkel 47, 48, 49, 50, 51, 52, 53, 54, 55, 56, 57, 62, L9, L10
timer
0:15

Slide 52 - Slide

vooruitblik



Wat gaan we de volgende les doen:
*Je kent de kenmerken (hoekpunten, ribben en zijvlakken) van een balk met letters benoemen.
*Je kunt een rechthoek en de uitslag van een balk tekenen.
*Je kunt een diagonaal tekenen.


Slide 53 - Slide

Wat vond je van deze les
😒🙁😐🙂😃

Slide 54 - Poll