Hoofdonderwerp: Het overkoepelende onderwerp van een tekst.
Hoofdzaken: De belangrijkste onderdelen van dit onderwerp.
Bijzaken: Voorbeelden, aannamens en meningen.
Slide 3 - Slide
1. Bekijk alle leerstof.
Zo krijg je een idee van de hoeveelheid van de leerstof. Je gaat nog niet écht lezen. Focus op titels, grote onderwerpen en hoe groot de stukken tekst zijn.
Slide 4 - Slide
2. Kies welk stuk tekst je gaat samenvatten in een mindmap.
Slide 5 - Slide
3. Lees het gekozen stuk tekst grondig door.
Slide 6 - Slide
4. Wat is het hoofd onderwerp van de tekst?
Hoofdstukken gaan vaak over 1 groot onderwerp. Dit wordt het middelpunt van je mindmap. Zet dit onderwerp in het midden van je blad. Dit is vaak de titel van het hoofdstuk.
Voorbeeld: Voetbal
Slide 7 - Slide
5. Wat zijn de belangrijkste sub-onderdelen van het onderwerp
Bij elk onderwerp horen andere 'sub-onderdelen'. Dit zijn kleinere, belangrijke onderdelen van het onderwerp. Dit zijn vaak kopjes van de tekst. Deze verbind je aan het hoofdonderwerp.
Voorbeeld: Teams, kampioenschappen, arena's, regels etc.
Slide 8 - Slide
6. Zet steekwoorden bij de sub-onderdelen.
Subonderdelen kun je duidelijk uitleggen in steekwoorden. Dit kunnen voorbeelden, opsommingen, nummers, personen etc. zijn
Voorbeeld: Lijst van arena's of voetbalspelers, wedstrijden, kampioenschappen etc.
Slide 9 - Slide
Laatste tips!
1. Gebruik altijd kromme lijnen.
2. Gebruik altijd een andere kleur per sub-onderwerp.
3. Eventueel: Maak tekeningen die relevant zijn voor de leerstof!
Slide 10 - Slide
Zelfstandig leren
Ga nu een mindmap maken van de stof die je moet leren. Volg het stappenplan:
Kies een hoofdstuk, lees deze goed door, schrijf het hoofdonderwerp in het midden, schrijf de bijzaken er omheen, schrijf steekwoorden bij de bijzaken.
Gebruik kleuren, kromme lijnen en maak eventueel tekeningen!