Stap 1: Zoek iemand in de groep met een andere culturele achtergrond dan jij.
Stap 2: Beantwoord de volgende vragen bij elkaar:
- Waar komen je ouders en grootouders vandaan
- Waarom zijn zij naar Nederland gekomen (indien van toepassing)
- Welke beroepen hebben je ouders en grootouders (gehad)
Stap 3: Zoek 2 overeenkomsten en 2 verschillen over de volgende onderwerpen:
- Muziek
- Religie
- Eet/drink gewoonten
- Feesten
Stap 4: schrijf dit op en we bespreken het in de klas