Het aantal km/h is dus altijd hoger dan het aantal m/s.
Van km/h naar m/s
Een snelheid van 1 m/s is hetzelfde als 3,6 km/h.
Slide 3 - Slide
m/s of km/h
bijvoorbeeld:
10 m/s x 3,6 = 36 km/h
72 km/h : 3,6 = 20 m/s
Slide 4 - Slide
5.2 Rekenen aan snelheid
Slide 5 - Slide
Lesdoel:
5.2.1 Je kunt de gemiddelde snelheid van een voorwerp berekenen.
5.2.2 Je kunt de afstand berekenen die een bewegend voorwerp aflegt in een bepaalde tijd.
5.2.3 Je kunt berekenen hoelang een bewegend voorwerp over een bepaalde afstand doet.
Slide 6 - Slide
Gemiddelde snelheid
Formules: gemiddelde snelheid = afstand : tijd. afstand = gemiddelde snelheid x tijd. tijd = afstand : gemiddelde snelheid.
Slide 7 - Slide
Voorbeeldopdracht 1
Abraham rijdt een rally van 240 km met veel bochten, maar ook rechte stukken. In de bochten is hij veel langzamer dan op de rechte stukken weg. Hij doet 2 uur over de rally.
Bereken de gemiddelde snelheid van Abraham.
Slide 8 - Slide
Hoe ga je aan de slag
Stap 1) Gegevens, wat weet je?
stap 2) Gevraagd; Wat wil je weten?
Stap 3) Berekening; hoe reken je het uit?
Stap 4) Antwoord; vergeet eenheid nooit.
Slide 9 - Slide
Oplossing opdracht 1
gegevens
afstand = 240 km
tijd = 2 h
gevraagd
gemiddelde snelheid = ?
Formule: gemiddelde snelheid = afstand : tijd
Berekening: 240 km : 2 h
Antwoord: 120 km/h.
Slide 10 - Slide
Voorbeeldopdracht 2
Dilana rijdt op haar scooter van huis naar school. Dilana is 24 minuten onderweg. Ze rijdt met een gemiddelde snelheid van 40 km/h.
Reken de afstand uit tussen haar huis en de school.
afstand = gemiddelde snelheid x tijd.
Slide 11 - Slide
Oplossing opdracht 2
gegevens
gemiddelde snelheid = 40 km/h
tijd = 24 minuten = 24 : 60 = 0,40 h
gevraagd
afstand = ?
Formule: afstand = gemiddelde snelheid × tijd
Berekening: 40 km/h × 0,40 h
Antwoord: 16 km
Slide 12 - Slide
Voorbeeldopdracht 3
Sef wil op bezoek bij zijn oom en tante in Roermond. Die wonen 9 kilometer bij hem vandaan. Sef gaat op de fiets. Hij fietst met een gemiddelde snelheid van 18 kilometer per uur.
Reken uit hoelang Sef moet fietsen om bij zijn oom en tante te komen. Geef je antwoord in minuten.
tijd = afstand : gemiddelde snelheid
Slide 13 - Slide
Oplossing opdracht 3
gegevens
afstand = 9 km
gemiddelde snelheid = 18 km/h
gevraagd
tijd = ?
Formule: tijd = afstand : gemiddelde snelheid
Berekening: 9 km : 18 km/h
Antwoord: 0,5 h = 30 min
Slide 14 - Slide
Maak de opdrachten 1 t/m 17 van 5.2 en testjezelf van 5.2
Helemaal klaar?
Ga dan 5.3 lezen!
Zelfstandig aan het werk
timer
15:00
Slide 15 - Slide
Afsluiting
5.2.1 Je kunt de gemiddelde snelheid van een voorwerp berekenen.
5.2.2 Je kunt de afstand berekenen die een bewegend voorwerp aflegt in een bepaalde tijd.
5.2.3 Je kunt berekenen hoelang een bewegend voorwerp over een bepaalde afstand doet.