2T Woord Volgorde

English 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare school

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

English 

Slide 1 - Slide

Planning:
- Word order
- Homework 

Goal:
I can put the words in a sentence in the correct
order. 

Slide 2 - Slide

Period 3 
1. Je zorgt voor een aantekeningenschrift voor Engels.
2. Je schrijft tijdens de les aantekeningen en extra opdrachten op in dit schrift. 
3. Voor elke les begin je op een nieuwe bladzijde en schrijf je de datum van de les op.
4. Aan het einde van periode 3 controleer ik dit schrift. Als je alles er correct in hebt staan, krijg je een bonus voor de toets. 

Slide 3 - Slide

Afspraken
Active houding AAN
Let op!
Niet aangemeld bij TEAMS = Afwezig
Niet aangemeld bij LessonUp = Afwezig

Slide 4 - Slide

Afspraken
Camera AAN
Microfoon UIT
Actieve houding AAN

Slide 5 - Slide

Unit 3.2: Word order 

Slide 6 - Slide

Kies de juiste volgorde
A
Wie - doet - waar - wat - wanneer
B
Wie - doet - waar - wanneer - wat
C
Wie - doet - wat - wanneer - waar
D
Wie - doet - wat - waar - wanneer

Slide 7 - Quiz

Word order 
Schrijf op
Regel: WIE - DOET - WAT - WAAR - WANNEER

Voorbeeld: I did my homework in the kitchen this morning.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

wie
doet
wat
waar
wanneer
The parents
bring
to football training

every Sunday

their son

Slide 10 - Drag question

Wie
doet
wat
waar
wanneer
Jacky and Pete
aren't going
to the cinema
tonight

Slide 11 - Drag question

Choose the sentence with the correct word order.
A
He swims every day in the canal.
B
He swims in the canal every day.

Slide 12 - Quiz

Choose the sentence with the correct word order.
A
My sister got married last year.
B
Last year my sister got married.
C
My sister last year got married.

Slide 13 - Quiz

Choose the sentence with the correct word order.
A
Doesn't she go in the weekends out?
B
Doesn't she go out in the weekends?

Slide 14 - Quiz

is singing - right now - in the shower - David - a song

Slide 15 - Open question

Mondays - do - like - not - I

Slide 16 - Open question

don't - at - sleep - night - Cats

Slide 17 - Open question

stay up late - on weekdays - My parents

Slide 18 - Open question

reporter - at the moment - The - is - to his car - running

Slide 19 - Open question

father - professional - Does - your - - play - football

Slide 20 - Open question

Goal:
I can put the words in a sentence in the correct order.
A
0 - 25%
B
25 - 50%
C
50 - 75%
D
75 - 100%

Slide 21 - Quiz

Extra oefenen met 
de woordvolgorde?
Klik hier om te oefenen.
Klik hier voor de poster. 

Homework dinsdag 2 FEB
Mk: Unit 3.1 opdracht 1 t/m 3
Lr: Woordvolgorde + vocab 3.2
       onregelmatige ww 3A + 3B


Slide 22 - Slide