What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Lowan thema 8: ´De seizoenen, de werkwoorden´. (Samra)
Thema 8 Seizoenen
1 / 39
next
Slide 1:
Slide
NT2
Speciaal Onderwijs
Leerroute 1
This lesson contains
39 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Thema 8 Seizoenen
Slide 1 - Slide
Wat ga ik leren?
Nieuwe werkwoorden bij thema seizoenen.
Slide 2 - Slide
Luister goed
Zeg het woord na
Noteer het woord in het Nederlands en je eigen taal in je schrift
Slide 3 - Slide
schijnen
Slide 4 - Slide
vervoegen van schijnen
Ik schijn
hij/jij/zij schijnt
het schijnt
wij/zij/jullie schijnen
Slide 5 - Slide
regenen
Slide 6 - Slide
vervoegen van regenen
het regent
Slide 7 - Slide
waaien
Slide 8 - Slide
vervoegen van waaien
Ik waai
hij/jij/zij waait
het waait
wij/zij/jullie waaien
Slide 9 - Slide
vriezen
Slide 10 - Slide
vervoegen van vriezen
het vriest
Slide 11 - Slide
stijgen
Slide 12 - Slide
vervoegen van stijgen
Ik stijg
hij/jij/zij stijgt
het stijgt
wij/zij/jullie stijgen
Slide 13 - Slide
dalen
Slide 14 - Slide
vervoegen van dalen
Ik daal
hij/jij/zij daalt
het daalt
wij/zij/jullie dalen
Slide 15 - Slide
schaatsen
Slide 16 - Slide
vervoegen van schaatsen
Ik schaats
hij/jij/zij schaatst
het schaatst
wij/zij/jullie schaatsen
Slide 17 - Slide
glijden
Slide 18 - Slide
vervoegen van glijden
Ik glijd
hij/jij/zij glijdt
het glijdt
wij/zij/jullie glijden
Slide 19 - Slide
stormen
Slide 20 - Slide
vervoegen van stormen
het stormt
Slide 21 - Slide
dooien
Slide 22 - Slide
vervoegen van dooien
het dooit
Slide 23 - Slide
ik
hij
waai
schijn
waait
schijnt
Slide 24 - Drag question
wij
hij / het
stijgen
dalen
stijgt
daalt
Slide 25 - Drag question
ik
jij
glijdt
schaatst
glijd
schaats
Slide 26 - Drag question
het
regent
vriest
regenen
vriezen
stormt
stormen
Slide 27 - Drag question
de zon
A
schijn
B
schijnt
Slide 28 - Quiz
het
A
waaien
B
waait
Slide 29 - Quiz
het
A
dalen
B
daalt
Slide 30 - Quiz
ik
A
schaats
B
schaatst
Slide 31 - Quiz
het
A
stormt
B
stormen
Slide 32 - Quiz
ik
A
glijden
B
glijd
Slide 33 - Quiz
het
A
regenen
B
regent
Slide 34 - Quiz
hij
A
glijd
B
glijdt
Slide 35 - Quiz
hij
A
schaatst
B
schaats
Slide 36 - Quiz
het
A
stijgt
B
stijgen
Slide 37 - Quiz
Opdracht bij de spinner:
Noem de juiste vorm van het werkwoord!
Docent noemt:
ik, jij, hij, zij, wij, jullie of zij.
Of het!
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Slide
More lessons like this
Werkwoorden Lowan thema 8 de Seizoenen
June 2024
- Lesson with
43 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
ISK
Leerroute 3
Werkwoorden Lowan thema 8 de Seizoenen
12 days ago
- Lesson with
43 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
ISK
Leerroute 3
Werkwoorden Lowan de Seizoenen
January 2023
- Lesson with
27 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Werkwoorden Lowan de Seizoenen
23 days ago
- Lesson with
27 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
zinnen maken en werkwoorden
22 days ago
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Lowan thema 8 De seizoenen - werkwoorden deel 1
February 2023
- Lesson with
22 slides
NT2
Speciaal Onderwijs
Leerroute 1
Lowan thema 8 De seizoenen - werkwoorden deel 1
April 2024
- Lesson with
15 slides
NT2
Speciaal Onderwijs
Leerroute 1
Lowan thema 8 De seizoenen - werkwoorden deel 1
December 2023
- Lesson with
15 slides
NT2
Speciaal Onderwijs
Leerroute 1