This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
route A les 3
Van liter tot milliliter
Slide 1 - Slide
De volgende materialen heb je nodig voor deze les: - maatbekers (100 ml (15x) - plastic bekertjes - 1 soeplepel - verschillende verpakkingen
Let op! Geef deze les in 1 van onze keukens!!!
- opdrachtenboekje
- kopieerblad 1 les 3 inhoud route A; Blad kopieren en kaartjes losknippen.
doel van de les
Na deze les kan ik rekenen van:
- liters naar dl en van dl naar liters
- van liters naar ml en van ml naar liters
- van liters naar cl en van cl naar liters
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
herhaling vorige les
Dl en Ml???
Slide 3 - Slide
nodig: bekertjes, maatbekers, emmer water
Laat de leerlingen werken in twee-tallen of in kleine groepjes.
Laat de leerlingen drie bekertjes vullen: 1 bekertje met een ml en 1 bekertje met een dl.
Stel daarna de vraag: Kan er ook een liter in het bekertje.
Laat de leerlingen zonder een maatbeker werken. Kunnen ze schatten?
vooraf
Er passen 10 kleine glaasjes van 1 dl in een liter.
1 liter = 10 deciliter
1 liter = 10dl
1 deciliter is 1/10 liter
1 deciliter is 0,1 liter
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
vervolg
Er passen 1000 druppels water in een liter.
1 milliliter past 1000 keer in een liter.
1 liter = 1000 ml
1 milliliter is 1/1000 liter
1 milliliter is 0,001 liter
Slide 5 - Slide
Als extra ondersteuning kun je een poster of op het bord schrijven
1 liter = 1000 ml
vervolg; de cl
Er passen 100 lepels water van 1 centimeter in 1 liter
1 cl past 100 keer in een liter
1 liter = 100 centiliter
1 centiliter is 1/100 liter
1 centiliter is 0,01 liter
Slide 6 - Slide
De cl is nieuw.
Wijs de leerlingen op de uitspraak.
vraag: Hoe spreek je cl uit. Waar is dit de afkorting van?
Om het inzichtelijk te maken kun je een lepel laten zien. Vertel dat er een cl vloeistof op kan.
Van liter naar ml
Slide 7 - Slide
Bekijk met de leerlingen de afbeelding.
Stel vragen als:
Hoeveel ml is een liter? Hoeveel liter is een ml?
Hoeveel cl is een liter? Hoeveel liter is een cl?
Hoeveel dl is een liter? Hoeveel liter is een dl?
Hoeveel kopjes koffie passen er in 1 liter melk?
Als je inhoudsmaten moet omrekenen, kijk je naar dit plaatje:
wordt de inhoudsmaat kleiner dan doe je de inhoud x10
wordt de inhoudsmaat groter dan doe je de inhoud :10
Slide 8 - Slide
Bespreek met de leerlingen het schema.
Wijs ze op de dal, hl en kl. Benoem, maar ga er niet te diep op in.
Je kunt vragen of de leerlingen er al van hebben gehoord.
Wijs ze op de m3, dm3 en cm3 maar ga er niet te diep op in. Vertel dat we er in deze lessen niet mee gaan rekenen.
vervolg
Jullie weten nu hoeveel dl, cl en ml in een liter zit.
Maar hoeveel zit er dan in bijvoorbeeld 2 of 5 liter?
Maak de volgende 5 quizvragen!!!
Slide 9 - Slide
Als leerlingen de behoefte hebben kun je het schema van de vorige dia uitprinten voor iedere leerling. Mogelijk hebben ze hier steun aan.
Hoeveel liter zit er in 5 ml?
A
0,5l
B
0,005 l
C
0,05l
D
5l
Slide 10 - Quiz
This item has no instructions
Hoeveel dl zit er in 25 liter?
A
250 dl
B
2500 dl
C
25000 dl
D
25 dl
Slide 11 - Quiz
This item has no instructions
Hoeveel cl zit er in een 1,5 liter?
A
15 cl
B
1500 cl
C
150 cl
D
15000 cl
Slide 12 - Quiz
This item has no instructions
Hoeveel liter zit er in 4,5 dl?
A
450l
B
0,045l
C
40,5l
D
0,45 l
Slide 13 - Quiz
This item has no instructions
Hoeveel dl zit er in 0,02 liter?
A
0,2 dl
B
0,02 dl
C
2000dl
D
200dl
Slide 14 - Quiz
This item has no instructions
oefenen
spel:
Welke inhouden horen bij de juiste plaatjes?
Slide 15 - Slide
nodig: werkblad 3, les 3 route A
oefening 1:
Laat de leerlingen in een kring zitten.
Geef iedere leerling een kaartje met een afbeelding en een inhoud. Laat de leerlingen vervolgens op volgorde staan van de minste inhoud naar de meeste inhoud.
Geef de leerlingen vervolgens een kaartje met alleen een inhoud. Kunnen ze dezelfde oefening doen?
oefening 2:
Leg de kaartjes met de afbeeldingen en de inhoud op verschillende plaatsen in het lokaal. Laat de leerlingen (in twee-tallen hun kaartje met de dl / cl / ml bij de juiste inhoud leggen. Ze kunt ze door laten werken totdat alle kaartjes op zijn.
Na afloop samen checken of de kaartjes op de juiste plaats liggen.
aan de gang
Maken: opdrachten in het
opdrachtenboekje
timer
15:00
Slide 16 - Slide
nodig: opdrachtenboekje, laat de opdrachten maken die bij deze les horen.
Je kunt ervoor kiezen om de opdrachten individueel of in een twee-tal te laten maken.
Wat heb ik geleerd?
Dit waren de lessen over inhoud.
Wat weet je nu:
over de liter?
over de milliliter?
over de deciliter of de centiliter?
Slide 17 - Slide
Als de leerlingen het lastig vinden, help ze dan op weg door de volgende vragen:
- Hoeveel kopjes kun je ermee vullen?
- In welke verpakking zit het?
- Hoeveel ml / dl / cl gaan er in een liter? Hoeveel liter gaan er in een ml / dl / cl?
Je kunt ook verpakkingen neerleggen en ze aan de hand daarvan laten uitleggen.