Werktekening / aanzichten

Een product maken en verbeteren
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Een product maken en verbeteren

Slide 1 - Slide

Verschillende aanzichten
Werktekening
Aanzichten
Waar gaan we deze les mee aan de slag

Slide 2 - Slide

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je:

  • uitleggen wat je met een werktekening kan doen
  • Een voorwerp op schaal tekenen
  • Vooraanzicht, zijaanzicht en bovenaanzicht tekenen

Slide 3 - Slide

Je kunt pas iets maken als je weet wat je gaat maken, maar nog belangrijker:

  • Welke materialen ga je gebruiken?
  • Heeft dit de goede eigenschappen?
  • Welke maten heeft je werkstuk?
  • Hoe bevestig je je onderdeel aan de andere onderdelen?
  • Hoe pak je het aan?
  • Welke gereedschappen heb je nodig?
  • Welke handelingen moet je uitvoeren?
Werktekening

Slide 4 - Slide

Waarom is het belangrijk dat jij een werktekening kan aflezen?
A
Dit is nodig om een werkstuk te kunnen maken
B
Dat is nodig om met hout te kunnen werken
C
Dit is nodig om een schroevendraaier te kunnen gebruiken
D
Dit is nodig om je vinger er niet af te zagen

Slide 5 - Quiz

Aanzichten
Aanzicht: wat zie je als je 
naar een voorwerp kijkt.

Elke kant kan een ander
aanzicht hebben. 

Aan de hand van het aanzicht bepalen waar je staat 

Slide 6 - Slide

Aanzichten tekenen
  • Vooraanzicht
  • Zijaanzicht
  • Bovenaanzicht

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Aanzichten tekenen

Slide 9 - Slide

Aanzichten tekenen
Bovenaanzicht
Vooraanzicht
Rechterzijaanzicht

Slide 10 - Slide

Vooraanzicht
Bovenaanzicht
Linker zijaanzicht

Slide 11 - Drag question

Hoe ziet het vooraanzicht eruit?
A
B
C

Slide 12 - Quiz

Welk aanzicht ontbreekt in deze tekening?
A
Zijaanzicht
B
Bovenaanzicht
C
Vooraanzicht

Slide 13 - Quiz

Welk aanzicht is getekend naast het bouwwerk?
A
Vooraanzicht
B
Zijaanzicht
C
Bovenaanzicht
D
Geen van allen

Slide 14 - Quiz

Rechts zie je een ...
A
vooraanzicht
B
recht zijaanzicht
C
linker zijaanzicht
D
bovenaanzicht

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Video

Op schaal tekenen
Op schaal tekenen wil zeggen dat de maten op de tekening worden veranderd, maar de verhoudingen gelijk blijven.

Bijvoorbeeld je tekent schaal 1:5
Dit betekent 1cm is in werkelijkheid 5 cm.
Als je iets opmeet en het is 25 cm.
25 delen door 5 = 5cm. Op je blaadje teken je dus 5cm

Je kan ook schaal 1:1 tekenen.
1 cm is dus ook werkelijk 1 cm.


Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Aan de slag
  1. Je kiest een voorwerp die op je bureau of in de klas staat.


  2. Maak een foto van de bovenkant, voorkant en zijkant met je telefoon

  3. Je gaat van dit voorwerp een vooraanzicht, bovenaanzicht en zij aanzicht tekenen.


  4. Je tekent hem op schaal
    (1:1 of 1:5, dit mag je zelf kiezen)

Wat heb je nodig?

A4 papier (liefst ruitjes)
Een voorwerp
Telefoon voor foto's maken
Potlood
Liniaal 

Slide 19 - Slide

Maak een foto van je gemaakte aanzichten.
Ik zie graag het resultaat :-)

Slide 20 - Open question