Inhoud: Houd de inhoud kort en eenvoudig. Gebruik eenvoudige zinnen en vermijd te veel complexe woorden.
Begin met een vriendelijke vraag of opmerking om het ijs te breken.
Vragen stellen: Stel eenvoudige vragen en vermijd ingewikkelde zinsstructuren.
Gebruik vraagwoorden zoals "What," "Where," "When," "Why," en "How."
Uitleggen: Als je iets uitlegt, doe dit dan stap voor stap en gebruik eenvoudige taal.