This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
een kind heeft met vocht gevulde blaasjes over zijn hele lijf. De verschijnselen zijn matige koorts en hoofdpijn. het is erg besmettelijk. Welke kinderziekte heeft dit kind?
A
mazelen
B
rode hond
C
roodvonk
D
waterpokken
Slide 3 - Quiz
Een kind heeft koorts, keelpijn en misselijkheid. Ook heeft het ruwe, rode huiduitslag. Verder heeft het kind last van pijnlijke klieren in de hals. De ziekte wordt veroorzaakt door een bacterie. Welke kinderziekte heeft dit kind?
A
mazelen
B
rode hond
C
roodvonk
D
waterpokken
Slide 4 - Quiz
Een kind heeft keelpijn, jeukende rode vlekjes en is verkouden. De vlekjes beginnen in het gezicht en op de romp en breiden zich daarna uit over de armen en benen. Welke kinderziekte heeft dit kind?
A
mazelen
B
rode hond
C
roodvonk
D
waterpokken
Slide 5 - Quiz
welke ziekte is onschuldig voor kinderen, maar gevaarlijk voor zwangere vrouwen?
A
mazelen
B
rode hond
C
roodvonk
D
waterpokken
Slide 6 - Quiz
Een kind heeft last van verkoudheid, hoge koorts, pijnlijk hoesten, ontstoken ogen en kleine witte vlekjes in de mond. Welke kinderziekte heeft dit kind?
A
mazelen
B
rode hond
C
roodvonk
D
waterpokken
Slide 7 - Quiz
Een kind is hangerig. Het heeft felrode bultjes die beginnen op de wangen en breiden zich uit over het hele lichaam. Ook heeft het kind een beetje koorts. Welke kinderziekte heeft dit kind?
A
mazelen
B
rode hond
C
vijfde ziekte
D
zesde ziekte
Slide 8 - Quiz
Een kind heeft plotseling hoge koorts. Hij heeft uitslag en gezwollen klieren in de hals, achter de oren en op de armen. De ziekte komt vooral voor op de leeftijd van 6 tot 18 maanden. Welke kinderziekte heeft dit kind?
A
mazelen
B
rode hond
C
vijfde ziekte
D
zesde ziekte
Slide 9 - Quiz
Een kind heeft last van sufheid, hoofdpijn, hoge koorts, stuiptrekkingen en nekkramp. Welke kinderziekte heeft de baby?
A
bof
B
hersenvliesontsteking
C
kinkhoest
D
roodvonk
Slide 10 - Quiz
Een kind heeft last van sufheid, hoofdpijn, hoge koorts, stuiptrekkingen en nekkramp. Wat moet je doen?
A
direct een arts waarschuwen
B
het kind geruststellen, gaat vanzelf over
C
het kind koude drank geven en onder een koele dunnen deken laten slapen
D
het kind zacht voedsel geven en veel laten drinken
Slide 11 - Quiz
Het kind heeft last van verkoudheid, hoesten, hoestaanvallen, gierende ademhaling en blauw aanlopen. Welke kinderziekte heeft het kind?
A
Bof
B
kinkhoest
C
roodvonk
D
vijfde ziekte
Slide 12 - Quiz
Een kind heeft last van obstipatie. Welk voedingsmiddel raad je hem aan?
A
bananen
B
bruine bonen
C
kaiserbroodje
D
witte rijst
Slide 13 - Quiz
Een kind heeft last van diarree. Welke voedingsmiddel raad je hem aan?
A
Banaan
B
peulvruchten
C
bruine boterham
D
zilvervliesrijst
Slide 14 - Quiz
wat is het kenmerk van diarree?
A
ontlasting is vloeibaar
B
ontlasting is dik
C
ontlasting komt in kleine hoeveelheden
D
ontlasting komt 1 keer per dag
Slide 15 - Quiz
Wat is een kenmerk van obstipatie?
A
ontlasting is hard en dik
B
ontlasting is vochtig
C
ontlasting komt in grote hoeveelheden
D
ontlasting komt aantal keer per dag
Slide 16 - Quiz
Een kind heeft ontstoken bronchiën. Het lichaam maakt meer slijm aan en het ademhalen is lastiger. Ook hoest het veel en is het benauwd. Welke ziekte heeft dit kind?