This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
T2a 5,1
11 december 2024
Slide 1 - Slide
Programma
-Voorkennis activeren
-Uitleg 5,1
-Aan het werk met de opdrachten van 5,1
Slide 2 - Slide
De vraag naar vakanties in Frankrijk stijgt in de zomer. Wat gebeurt er waarschijnlijk met de prijs van vakantiehuizen in Frankrijk?
A
de prijs zal dalen
B
de prijs zal stijgen
C
de prijs zal gelijk blijven
Slide 3 - Quiz
De oogst van appels is dit jaar groter dan normaal. Wat gebeurt er waarschijnlijk met de prijs van appels?
A
de prijs zal afnemen
B
de prijs zal stijgen
C
de prijs zal niet veranderen
Slide 4 - Quiz
Door een natuurramp in een bepaald land wordt de productie van koffiebonen verstoord. Wat gebeurt er waarschijnlijk met de prijs van koffie?
A
de prijs van koffie zal gaan toenemen
B
de prijs van koffie zal afnemen
C
de prijs van koffie blijft gelijk
Slide 5 - Quiz
Er komt een nieuwe technologie voor het kweken van tomaten, waardoor de oogst veel groter wordt. Wat gebeurt er waarschijnlijk met de prijs van tomaten?
A
De prijs zal dalen, omdat het aanbod toeneemt.
B
De prijs zal stijgen, omdat er een nieuwe technologie is.
C
De prijs blijft gelijk, omdat de vraag gelijk blijft.
Slide 6 - Quiz
Er is een stijging van het aantal mensen dat veganistisch eet. Wat gebeurt er waarschijnlijk met de prijs van plantaardige producten?
A
De prijs zal dalen, omdat meer mensen plantaardig gaan eten.
B
De prijs blijft gelijk, omdat de vraag niet verandert.
C
De prijs zal stijgen, omdat de vraag naar plantaardige producten toeneemt.
Slide 7 - Quiz
De vraag naar zonne-energiepanelen stijgt omdat mensen milieuvriendelijker willen leven. Wat gebeurt er waarschijnlijk met de prijs van zonne-energiepanelen?
A
De prijs blijft gelijk, omdat de productie niet verandert.
B
De prijs zal dalen, omdat er meer zonne-energiepanelen beschikbaar komen.
C
De prijs zal stijgen, omdat er meer vraag is naar de panelen.
Slide 8 - Quiz
Vraag
Alles wat mensen willen kopen (consumeren) noem je vraag. Of er veel vraag is heeft te maken met hoeveel mensen te besteden hebben.
Slide 9 - Slide
Aanbod
Alles wat te koop wordt aangeboden noem je aanbod. Als het aanbod groot is, hebben consumenten een ruime keuze. Ze kunnen al dat aanbod met elkaar vergelijken.
Slide 10 - Slide
Markt
Hier komen vragers en aanbieders samen. Alle vraag van de consumenten en al het aanbod van de producenten.
Slide 11 - Slide
Sociale invloed
Dit is invloed van vrienden, familie en bekenden. Deze mensen kunnen jou overhalen om een product te kopen of juist niet.
Slide 12 - Slide
Commerciële invloed
Invloed van winkeliers en fabrikanten op de producten die jij misschien wilt gaan kopen. Denk aan influencer of andere bekende mensen.
Slide 13 - Slide
Marketing
Alles wat bedrijven doen om meer te verkopen.
Slide 14 - Slide
Reclame
Met reclame trekken de winkeliers en fabrikanten aandacht voor hun producten.
Slide 15 - Slide
Opdracht 8
1 Het aanbod van biologische geteelde groente stijgt.
2 De vraag naar biologisch geteelde groente stijgt.
3 Door een mislukte oogst daalt het aanbod van olijven.
4 Er is steeds meer vraag naar computerchips.
Slide 16 - Slide
Opdracht 10
De gemiddelde prijs van een koopwoning steeg in vijf jaar tijd van 263.000 euro naar 429.000 euro.
A Met welk bedrag is de prijs van een woning gemiddeld gestegen?
B Bereken deze stijging in procenten van de nieuwe prijs.