Klimaten - inleiding

Hoofdstuk 2
1 / 26
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2

Slide 1 - Slide

Grote natuurlandschappen

Slide 2 - Slide

Op aarde

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Landschappen
op aarde

Slide 5 - Mind map

Temperatuurfactoren
Factoren die grote invloed hebben op de temperatuur

  1. Breedteligging
  2. Hoogteligging
  3. Ligging ten opzichte van de zee
  4. Aanvoer temperatuur door wind- en zeestromen
  5. Ligging van de gebergten

Slide 6 - Slide

Breedteligging
Hoe verder van de evenaar hoe kouder het wordt

Breedte = de afstand tot de evenaar

Slide 7 - Slide

breedteligging

Slide 8 - Slide

Breedteligging

Slide 9 - Slide

Breedteligging

Slide 10 - Slide

Hoogteligging
Hoe hoger hoe kouder
Dus: boven op de berg is het veel kouder dan aan de voet 
van de berg.
Per 1000m daalt de temperatuur 6°C

Slide 11 - Slide

Hoogteligging

Slide 12 - Slide

Hoogteligging

Slide 13 - Slide

Hoogtegordels
Hoogtegordel = Plantengroeizone op een berg

Slide 14 - Slide

Hoogtegordels
  1. Loofboomgordel
  2. Naaldboomgordel
  3. Alpenweides
  4. Rotsgordel
  5. Eeuwige sneeuw

Slide 15 - Slide

Wqt is de breedteligging van Calgary?
A
51° N.B; 114° W.L
B
114° W.L; 51° N.B
C
51° N.B; 106° O.L
D
106° O.L; 51° N.B

Slide 16 - Quiz

De breedteligging heeft gevolgen voor de
A
Temperatuur
B
Neerslag
C
Temperatuur & neerslag

Slide 17 - Quiz

Breedteligging is...
A
De afstand vanaf de noordpool
B
Hoe breed een land is
C
De afstand vanaf de zuidpool
D
De afstand tot de evenaar

Slide 18 - Quiz

Hoe hoger de breedteligging, hoe warmer het wordt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

In het Chinese berglandschap geldt ook qua hoogteligging: hoe hoger, hoe
A
kouder
B
warmer

Slide 20 - Quiz

Hoogteligging gaat over ... ?
A
Hoe hoger je komt des te kouder het wordt
B
Hoe hoger het wordt des te warmer wordt het (want dichterbij de zon)
C
Verder naar het noorden of zuiden wordt het steeds kouder
D
Dichtbij de evenaar is het lekker warm

Slide 21 - Quiz

Wat is de algemene regel die hoort bij de hoogteligging?
hoe..... hoe... (+ hoeveel graden celsius?)
A
hoger, kouder. 0,6 graden per kilometer
B
hoger, kouder. 6 graden per kilometer
C
hoger, warmer. 0,6 graden per kilometer
D
hoger, warmer, 6 graden per kilometer

Slide 22 - Quiz

Wat is de vierde Hoogtegordel

A
Rotsgordel
B
Naalboomgordel
C
Boomgrens
D
Eeuwige sneeuw

Slide 23 - Quiz

In de bergen heb je hoogtegordels met eigen namen. Hoe noem je de laagste hoogtegordel ?
A
Rotsgordel
B
Loofboomgordel
C
Alpenweide
D
Sneeuwgordel

Slide 24 - Quiz

Wat is de hoogste hoogtegordel?
A
Rotsgordel
B
Naalboomgordel
C
Boomgrens
D
Eeuwige sneeuw

Slide 25 - Quiz

Welke hoogtegordel zie je hier?
A
Loofbos
B
Naaldbos
C
Grassen (alpenweide)
D
Gletsjer

Slide 26 - Quiz