Week 42 present simple & present continuous

Week 42-1
Huiswerk af?
lever je boek even in en open lessonup
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Week 42-1
Huiswerk af?
lever je boek even in en open lessonup

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Je weet het verschil tussen
  • de present simple en present continuous  

Slide 2 - Slide

De tegenwoordige tijd
  • De tegenwoordige tijd noem je de present
  • Er zijn twee manier om te zeggen dat er iets in de present gebeurt:
  • De present simple
  • De present continuous

Slide 3 - Slide

De present simple

Gebruik je bij
  • Gewoontes: iets wat je normaal gesproken doet:
  • I walk to school
  • I eat breakfast in the morning
  • Feiten: iets wat altijd waar is:
  • Water boils at 100  degrees celcius

Slide 4 - Slide

Hoe vorm je de present simple?
'To swim' > Hele werkwoord zonder de to: 



I
swim
every morning.
You 
swim 
every morning.
He/She/It
swims
every morning.
We 
swim 
every morning. 
They 
swim 
every morning. 

Slide 5 - Slide

Let op de shitregel!!
Bij de present simple moet je de shitregel gebruiken: 
Bij He, She en It, (of alles wat je kunt vervangen door he, she of it), komt er een s achter het werkwoord.
My father sleeps at night. 
My sister reads in her book. 



Slide 6 - Slide

Welke zin staat in de present simple?
A
I walk to school.
B
I walked to school.
C
I am walking to school.
D
I was walking to school.

Slide 7 - Quiz

vul in: We often ........ (to talk) about our holiday.

Slide 8 - Open question

He often ....... (to call) his friend.

Slide 9 - Open question

The game ....... (to start) in ten minutes.

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Link

De present continuous
Wanneer gebruik je de present continous?

  • Als iets NU gebeurt. 

Slide 12 - Slide

I am walking to school


Als je het op dit moment aan het doen bent: het duurt even 

Present continuous. 

Slide 13 - Slide

Hoe vorm je de present continuous?
Onderwerp
Vorm van To Be
Werkwoord + ING
Rest van de zin
I
am
walking
to school. 
You
are
doing
your homework
He/She/It
is
drinking
water. 
We
are 
sitting
in the classroom
They 
are 
looking
out of the window

Slide 14 - Slide

Voorbeeld
Timmy is sitting on a warm toilet seat.

Slide 15 - Slide

Welke drie vormen van 'to be' heb je nodig om de present continuous te kunnen maken?

Slide 16 - Open question

Sleep de persoonsvorm naar de juiste vorm van To be. 
Am
Are
Is
I
You
He
She
It
We
They

Slide 17 - Drag question

Zet de zin in de present continuous:
Mijn zus is TV aan het kijken in de woonkamer.

Slide 18 - Open question

Zet de zin in de present continuous:
Mijn vader is in de tuin aan het werken.

Slide 19 - Open question

Zet de zin in de present continuous:
Mijn vrienden zijn tennis aan het spelen.

Slide 20 - Open question

Present simple of present continuous?
Op de volgende sheet staat een linkje naar een site waar je moet kiezen tussen de present simple of de present continuous. 
Gaat het om een feit of gewoonte                    present simple

Is  iets  NU aan de gang                present continuous

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link

maak nu opdracht
16 t/m 22

Slide 23 - Slide