ABSTRACT

                   
                      ABSTRACT!
           Wat is de essentie?
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo lwoo, havoLeerjaar 2,3

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

                   
                      ABSTRACT!
           Wat is de essentie?

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

. Weglaten van alle niet noodzakelijke/ belangrijke info
. Tot de essentie komen; alleen het noodzakelijke
   (vb. op weg naar school)
.  Loslaten van de werkelijkheid, als gevolg

Slide 3 - Slide

Opdracht
Bij deze opdracht ga je stap voor stap van iets herkenbaars transformeren naar iets onherkenbaars,
oftewel abstract. Door de vorm langzaam aan in stappen te veranderen, bijvoorbeeld door te
abstraheren, te vereenvoudigen, te stilleren, maar ook door herhalen, spiegelen, vergroten, verkleinen,
kantelen, overlappen.

Slide 4 - Slide

Stap 1: Natekenen.
Probeer in een vlugge schets het voorwerp na te tekenen wat voor je ligt. Kijk goed en let op de verhoudingen.
Stap 2: Abstraheren.
Probeer de vorm te vereenvoudigen, laat details weg, maar belangrijk lijnen blijven staan. In de vorm is het nog herkenbaar als bij stap 1.
Stap 3: Vermenigvuldigen.
De vorm zoals bij stap 2 blijft gelijk, maar door meerdere keren te herhalen en daarbij te overlappen, de ene vorm te vergroten, de andere vorm te verkleinen, een andere vorm weer te spiegelen of om te klappen, krijg je een bijzondere compositie.
Stap 4: Vervormen.
De compositie die bij stap 3 is ontstaan, neem je over bij stap 4, maar je gaat de vormen vervormen. Dit kun je doen door de vormen te overdrijven, uitrekken, bollen, buigen, golven, lijnen laten golven of kartelen, en wat je nog meer kan bedenken.

Slide 5 - Slide

De rode boom

Piet Mondriaan

Slide 6 - Slide

De stier


Picasso

Slide 7 - Slide

kleine droom in rood.

Wassilly Kandinski

Slide 8 - Slide



Opdracht

* Bij deze opdracht ga je een abstract 2D werk maken. 
* Daarvoor gebruik je het eindresultaat bij de vorige opdracht. 
* Daarbij teken je nog wat basisfiguren om het beeldvlak meer op te vullen. 
* Om te zorgen dat je niet te kleine vlakken krijgt, gum je wat lijnen weg. 
* Elke vak krijgt een invulling en daarvoor gebruiken wij vier verschillende       technieken: waterverf, vetkrijt, collage, doodle
* Als laatste werken we de lijnen af en ontstaat er een abstract 2D werk.
 

Slide 9 - Slide


Werkwijze:

1. Neem een A3 tekenpapier, mag horizontaal of verticaal houden, maakt niet uit.
2. Teken voorzichtig, heel dun met HB of 2B potlood, de abstracte figuur van stap 4 van de vorige opdracht beeldvullend op het tekenpapier.
3. Teken daarna drie cirkels, drie driehoeken en drie vierkanten in verschillende formaten. Teken deze figuren over het hele vel, waarbij er overlapping en afsnijding ontstaat.
4. Balans in de vlakken= Gum lijnen weg, zodat er niet te kleine vlakken zijn. Teken eventueel wat extra lijnen erbij, zodat er niet te grote vlakken zijn.
5. Elke vlak wordt ingevuld met een techniek. Gebruik vier verschillende technieken verspreid over het werkstuk= Waterverf, vetkrijt, collage, doodle.
6. Alles ingevuld? Dan de lijnen van deze vlakken afwerken met zwarte stift, zodat het werk strak en netjes uitziet.

Slide 10 - Slide


Eisen:

- Het totale figuur is abstract, geen herkenbare elementen meer.
- Mooie balans tussen verschillende vlakken.
- Toepassing van technieken:
*  Waterverf
*  Vetkrijt
*  Collage
*  Doodle
- Afwerking lijnen
- Totaal ziet er netjes en verzorgd uit.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Beoordelingscriteria:

* originaliteit
* eigenheid
* afwerking
* zo groot mogelijk
* moet kunnen staan

* afwerken:
   . 

Slide 15 - Slide