Entree woensdag 23 november 2022

Woensdag 23 november 
Veilig werken
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Woensdag 23 november 
Veilig werken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma

Woordenschat veilig werken
Nederlands lezen/luisteren > lezen tekst en vragen beantwoorden
PAUZE
Rekenen > werk en studie


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Woorden thema 2
Beschrijven wat hygiëne inhoudt. 

Woorden herkennen die met hygiëne te maken hebben. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Woordenlijst
Kruis bij elk woord aan of je:

1: Het woord kent;
2: Het woord wel eens gehoord hebt;
3: Ik heb het woord wel eens gebruikt;
4: Ik ken en gebruik het woord, maar kan niet uitleggen wat het betekent;
5: Ik ken en gebruik en woord en kan uitleggen wat het betekent.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Routing
De weg (route) die producten, werknemers en afval volgen in een bedrijf.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Plattegrond
Een grondtekening van een gebouw, stad of terrein.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

FiFo
‘First in, first out’. Goederen die als eerste zijn binnengekomen, worden als eerste gebruikt.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Transportmiddelen
Een transportmiddel is een middel waarmee je iets van de ene plaats naar een andere plaats brengt, bijvoorbeeld een kar of een heftruck.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Opslag
De plaats waar goederen worden bewaard.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Voorschriften
Een voorschrift is een regel, er staat geschreven wat iemand moet doen.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Welzijn
Het gevoel dat het goed met je gaat.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Bedrijfshulpverlener > BHV'er
Een bhv’er is een medewerker die is opgeleid om medewerkers en klanten in veiligheid te brengen bij nood.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Vluchtwegen
De route om te vluchten, de weg om bij brand snel naar buiten te kunnen.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Corrosief
Corrosief betekent bijtend. Het doet pijn aan de huid. Een corrosieve stof maakt de huid stuk en kan wonden veroorzaken.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Nederlands
Lezen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Tekst
Invullen opdracht 2

Slide 16 - Slide

This item has no instructions


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Rekenen
Studie en werk

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Introductie
Hans heeft gesolliciteerd bij een slagerij in Amsterdam. 

Vandaag heeft hij gehoord dat hij morgen op gesprek mag komen. 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Opgave 1
Het sollicitatiegesprek is op 24 november om 11.00 uur en vlakbij het station van Amsterdam centraal. Hans woont in Zwolle. Op welke tijd kan hij het beste de trein nemen? Leg je antwoord uit.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Opgave 2
Hans loopt van het station naar slagerij 'Vincent kaas & vlees'. 

Leg uit hoe Hans moet lopen naar de slagerij. 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Opgave 3
Bij deze baan zijn de werktijden: 
6.45 uur - 11.00 uur
11.45 uur- 15.00 uur
van 11.00 uur tot 11.45 uur heeft Hans pauze.
Hoeveel uur werkt Hans op een dag?


Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
Lucas, Korné, Jan en Ludo
timer
10:00

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Opgave 1
Hoeveel procent is grijs gekleurd?

Slide 27 - Slide

7/20 deel = 7:20 = 35%
Opgave 2
Welk getal hoort bij de pijl?

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Opgave 3
Reken uit

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Opgave 4
Welke lijn kun je als eerste overstappen?

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Opgave 5
Hoeveel is dit?

1 op de ...

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Opgave 6
Reken uit

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Opgave 7
Hoeveel ml vla heb je nodig?

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Doorlezen hoofdstuk 1 thema 2
Oefenen moeilijke woorden

Mentoruur:
Mentoruuropdracht 1 in Numo > spelling
FFrekenen > tijd > 'rekenen met de klok'

Slide 35 - Slide

This item has no instructions