Begrijpend lezen les 2: tekstdoelen en -soorten

1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Deze les
  • Heb jij je boektitel al doorgegeven?
  • Tekstdoelen
  • Tekstsoorten

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • weet je wat een tekstdoel is
  • weet je welke tekstsoorten er zijn
  • weet je welke tekstdoelen er zijn
  • Kun je tekstdoelen en tekstsoorten herkennen


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Je hebt net een tekstje gelezen. Wat is daarin de hoofdzaak?
A
Een aantal derdejaars vmbo-leerlingen van het Carmel College Salland is van start gegaan met het project Xperience.
B
Bij het project gaat het om 'grenzen verleggen'.
C
Twee groepen vertrokken naar het buitenland.
D
Eén groep gaat in de eigen omgeving aan de slag.

Slide 5 - Quiz

Tekstdoelen
  • Schrijvers van teksten hebben altijd een doel voor ogen. Ze vragen zich bij het schrijven altijd af wat ze willen bereiken. 
  • In totaal zijn er zes tekstdoelen:
  1.  Informeren
  2.  Opiniëren/beschouwen
  3.  Overtuigen/betogen
  4. Activeren
  5. Amuseren
  6. Instrueren (bonus)

Slide 6 - Slide

Informatieve teksten
  • Informerende teksten geven geen oordeel over de inhoud. Ze presenteren de feiten zonder poespas. Ze zijn dus objectief en leggen iets uit.
  • We zien dit terug in encyclopedieën, nieuwsberichten, schoolboeken, recepten, notulen en gebruiksaanwijzingen.
  • Objectief

Slide 7 - Slide

Opiniërende teksten
  • Opiniërende teksten zijn bedoeld om de lezer een mening te laten vormen en aan het denken te zetten. 
  • De schrijver geeft zelf niet heel duidelijk zijn persoonlijke mening, maar laat wel merken dat er over het onderwerp nagedacht/gediscussieerd moet worden. 
  • Opiniërende teksten zijn beschouwingen, ingezonden brieven en columns.
  • Objectief/subjectief

Slide 8 - Slide

Betogende teksten
  • Schrijver probeert de lezer te overtuigen van zijn mening en probeert de lezer zijn mening over te laten nemen. De schrijver zoekt dus medestanders.
  • Je ziet dit in betogen, recensies, ingezonden stukken en in columns
  • Subjectief

Slide 9 - Slide

Amuserende teksten
  • Amuserende teksten willen de lezer vermaken. Het verhaal hoeft dus niet serieus of waar te zijn, zolang de lezer het maar leuk vind om te lezen. 
  • Boeken/roman, sprookjes, gedichten en andere verzonnen verhalen.
  • Objectief of verzonnen

Slide 10 - Slide

Activerende teksten
  • Activerende teksten hebben als doel om de lezer aan te zetten om iets te doen. 
  • Je ziet dit terug in betogen , ingezonden stukken, columns, maar bijvoorbeeld ook in reclames. Daar word je immers aangezet tot het kopen van een product.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

uiteenzetting
betoog
schoolboektekst
recensie
roman
beschouwing
gedicht
ingezonden brief
Informeren
Opniniëren
Amuseren
overtuigen

Slide 13 - Drag question

Slide 14 - Slide

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
informeren
B
opiniëren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
informeren
B
opiniëren
C
activeren
D
amuseren

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
amuseren
B
opiniëren
C
overtuigen
D
informeren

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
informeren
B
activeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 21 - Quiz

1
2
3
4

Slide 22 - Slide

Welke tekstdoelen horen bij bovenstaande tijdschriften?
A
1 & 2 zijn informerend 3 & 4 zijn amuserend
B
1 & 3 zijn opiniërend 2 & 4 zijn overtuigend
C
1 & 4 zijn amuserend 2 & 3 zijn overtuigend
D
1 & 2 zijn amuserend 4 & 3 zijn informatief

Slide 23 - Quiz

Zet de juiste tekstsoorten bij de juiste tekstdoelen.
Informeren
Betogend
Activeren
nieuwsbericht
Folder van dierenarts om je huisdier in te laten enten

Een oproep op een website om te gaan protesteren. 
Artikel op website Voedingswijzer om elke dat fruit en groente te eten.
folder over verschillende workshops in het buurthuis.

Slide 24 - Drag question

Opdracht:
Schrijf nu zelf een tekst.
Zorg dat het een de volgende eisen voldoet:

- Het gaat over Kerstmis en 1 klasgenoot uit V3G.
- Zorg dat het minimaal 4 alinea's heeft, 1 titel en 1 tussenkopje.
- Zorg dat je eerst het tekstdoel en de tekstsoort kiest.



Slide 25 - Slide