4M woordenschat H1

4M woordenschat H1
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

4M woordenschat H1

Slide 1 - Slide

volmaakt
A
positief
B
meestal
C
permanent
D
perfect

Slide 2 - Quiz

permanent
A
doorgaans
B
positief
C
voortdurend, blijvend
D
meestal

Slide 3 - Quiz

Wat is de betekenis van optimistisch?

Slide 4 - Open question

Wat is een ander woord voor stresshormoon?

Slide 5 - Open question

Wat is een ander woord voor (van) kort geleden?

Slide 6 - Open question

Wat is een ander woord voor (iets) goed kunnen?

Slide 7 - Open question

Wat betekent waarderen?

Slide 8 - Open question

Wat is een ander woord voor uiteenlopen?

Slide 9 - Open question

Wat is een ander woord voor ervan uitgaan?

Slide 10 - Open question

Wat is een ander woord voor merken?

Slide 11 - Open question

Wat is een ander woord voor vooral of voornamelijk?

Slide 12 - Open question

Wat betekent elders?

Slide 13 - Open question

Wat is de betekenis van tamelijk?
A
bijna niet
B
nogal
C
veruit
D
mogelijk

Slide 14 - Quiz

Wat is de betekenis van eventueel?
A
als het echt nodig is
B
met groot verschil
C
hoogstens
D
mogelijk

Slide 15 - Quiz

Welke uitdrukking hoort bij deze betekenis: niet mee mogen doen.

Slide 16 - Open question

Welke uitdrukking hoort bij deze betekenis: opgericht of ontstaan omdat het noodzakelijk was.

Slide 17 - Open question

Welke uitdrukking hoort bij deze betekenis: er is veel tijd nodig.

Slide 18 - Open question

Welke uitdrukking hoort bij deze betekenis: over een grens gaan.

Slide 19 - Open question

Welke uitdrukking hoort bij deze betekenis: ergernis of woede opwekken?

Slide 20 - Open question