Voor maandag de startopdracht en opdracht 1, 2 en 3 (BK), 4 (KGT)
Slide 2 - Slide
Samenhang in teksten
Slide 3 - Slide
Leerdoelen
Je leert over samenhang in teksten.
Je weet wat signaalwoorden zijn.
Slide 4 - Slide
Voegwoorden
Woorden die zinnen samenvoegen.
Want, maar, en, of, omdat, doordat, als ect.
Slide 5 - Slide
Signaalwoorden
Ik heb nieuwe kleren gekocht.
Ik heb ook nog nieuwe schoenen gekocht!
En een nieuwe winterjas.
Slide 6 - Slide
Samenhang
Bij teksten is het belangrijk dat er samenhang is.
Zinnen en alinea's staan in een bepaalde volgorde, ze hebben allemaal met elkaar te maken.
Slide 7 - Slide
Signaalwoorden
Aan een signaalwoord zie je met welk tekstverband je te maken hebt.
In dit hoofdstuk:
- Tegenstelling
- Opsomming
Slide 8 - Slide
apps.noordhoff.nl
Slide 9 - Link
Zoek de signaalwoorden
Slide 10 - Slide
Eerst haal je alle materialen uit de doos. Vervolgens check je de handleiding. Daarna check je of alles aanwezig is. Ten slotte zet je het product in elkaar.
Slide 11 - Slide
Eersthaal je alle materialen uit de doos. Vervolgenscheck je de handleiding. Daarnacheck je of alles aanwezig is. Ten slotte zet je het product in elkaar.
Slide 12 - Slide
Tegenstelling
Desi eet graag koekjes. Echter Kiki houdt meer van chocola.
Slide 13 - Slide
Tegenstelling
Desi eet graag koekjes. Echter Kiki houdt meer van chocola.
Slide 14 - Slide
Tegenstelling
Iedereen zegt dat sporten gezond is, maar er ontstaan wel altijd erg veel blessures.
Slide 15 - Slide
Tegenstelling
Iedereen zegt dat sporten gezond is, maar er ontstaan wel altijd erg veel blessures.
Slide 16 - Slide
Aan de slag:
Hoofdstuk 3 Lezen
Maak startopdracht, en opdracht 1 en 2
Als je klaar bent maak je
opdracht 3 (BK)
opdracht 4 (KGT)
Slide 17 - Slide
Artikel afgemaakt over 'goede voornemens.
Allemaal ingeleverd?
Ik kan samenhang in teksten herkennen.
Lessonup
Lezen startopdracht en opdracht 1, 2
extra: 3 (BK), 4 (KGT)
Nederlands
19 januari
Lezen startopdracht en opdracht 1 en 2
Klaar? Maak opdracht 3 (BK), 4 (KGT)
Nakijken, verbeteren
Doel behaald?
Vragen?
Voor maandag de startopdracht en opdracht 1, 2 , (3 en 4 BK), (4 KGT)