M4 EC H 2.2.

Hoofdstuk 2.2.
Economie MAVO 4
1 / 11
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2.2.
Economie MAVO 4

Slide 1 - Slide

1. Als ik spaar voor een nieuwe auto, dan spaar ik voor een?
(functie noemen !)
A
doel
B
voorzorg
C
rente
D
auto

Slide 2 - Quiz

2. Sparen is:
A
Het uitstellen van consumptie
B
Het na je toe halen van consumptie

Slide 3 - Quiz

3. Welke rente is hoger, de rente die je ontvangt voor je spaargeld, of de rente die je betaalt voor je lening?
A
spaarrente
B
kredietrente

Slide 4 - Quiz

4. Spaarrekening: € 1.500
1,2% rente
Hoeveel rente na 3 jaar?
Samengestelde rente
A
€ 54
B
€ 54,65
C
€ 1.554
D
€ 1.554,65

Slide 5 - Quiz

5. Wanneer is er sprake van 'rente op rente'?
A
variabele rente
B
vaste rente
C
enkelvoudige rente
D
samengestelde rente

Slide 6 - Quiz

6. Op een spaardeposito krijg je een variabele rente.
A
Niet waar
B
Waar

Slide 7 - Quiz

7. Wat denk je dat variabele rente betekent?
A
Rente die kan veranderen in de loop van de tijd
B
Rente die voor een lange tijd vaststaat

Slide 8 - Quiz

8. Wat is variabele rente?
A
Rente die vast staat.
B
Dat het rente percentage kan veranderen.
C
Dat de rente negatief is.
D
Het zelfde als een spaardeposito.

Slide 9 - Quiz

9. Wat is dividend?
A
een vorm van belasting
B
een aandeel
C
een bedrijf
D
de winst uitkering van aandelen

Slide 10 - Quiz

10. Wanneer maakt een aandeelhouder koerswinst?
A
Als zij dividend ontvangt.
B
Als zij een aandeel voor meer verkoopt dan dat zij hem gekocht had.
C
Als het bedrijf winst maakt.
D
Als aandelen onder pari (bij koersuitgifte) worden verkocht.

Slide 11 - Quiz