Laatste les hoofdstuk 2

Programma
Herhalingsvragen maken 
Testjezelf vragen paragraaf 2.2/2.4/2.6 maken in de les
Vragen stellen
Volgende week proefwerk via lessonup
1 / 13
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Programma
Herhalingsvragen maken 
Testjezelf vragen paragraaf 2.2/2.4/2.6 maken in de les
Vragen stellen
Volgende week proefwerk via lessonup

Slide 1 - Slide

1. Anne zit op het terras van een restaurant. Ze bestelt thee, want de andere drankjes zijn haar te duur.
Kies waardoor haar consumptie wordt beperkt.

A
schaarste in het restaurant
B
schaarste in middelen
C
schaarste in tijd
D
schaarste in tijd en in middelen

Slide 2 - Quiz

Als een kapper een klant knipt is dit een voorbeeld van het
A
Produceren van dienst
B
Produceren van goed

Slide 3 - Quiz

Wat is onbetaalde productie
A
De productie op het werk
B
De productie die jezelf thuis doet
C
Een schoonmaakster thuis
D
Iemand die komt oppassen op de kind

Slide 4 - Quiz

Wanneer je zelf kipdrumsticks maakt kost het €7,98. Wanneer je ze afhaalt bij het afhaalcentrum kosten ze €15,50. Wat is de waarde van de productie thuis?
A
€ 7,52
B
€ 7,98
C
€ 15,50
D
€23,48

Slide 5 - Quiz

Bekijk het cirkeldiagram hiernaast.
Geef aan welke bewering hierna klopt met de gegevens in dit diagram. Kies uit onderstaande antwoorden:
A
Er zijn bij elkaar 8,7 miljoen banen
B
Er zijn evenveel deeltijdbanen als voltijdbanen
C
Er zijn meer deeltijdbanen dan voltijdbanen
D
Er zijn minder deeltijdbanen dan voltijdbanen

Slide 6 - Quiz

Bekijk het staafdiagram.
Vanaf 2014 daalde de werkloosheid in twee leeftijdsgroepen.
In welke leeftijdscategorie daalde de werkloosheid niet?
A
15 tot 25 jaar
B
25 tot 45 jaar
C
45 tot 75 jaar

Slide 7 - Quiz

Welke productiefactoren zien we op deze foto?
A
Kapitaal
B
Kapitaal en arbeid
C
Kapitaal, arbeid en natuur.
D
Kapitaal, arbeid, natuur en ondernemerschap.

Slide 8 - Quiz

Investeren is:
A
Het kopen van nieuwe kapitaalgoederen
B
Het kopen van nieuwe consumptiegoederen
C
Het in dienst nemen van geschoolde werknemers
D
Het in dienst nemen van ongeschoolde werknemers

Slide 9 - Quiz

wat is geen arbeidsmotief?
A
dagbesteding
B
zinvol bezig zijn
C
omdat het moet
D
om je te ontwikkelen

Slide 10 - Quiz

In de ...... staan regels voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden.

A
Arbowet
B
Arbeidstijdenwet
C
WerkloosheidsWet (WW)
D
Arbeidswet

Slide 11 - Quiz

Wat kun je doen om milieuschade te beperken
A
Meer fossiele brandstof gebruiken
B
minder natuurlijke brandstoffen gebruiken
C
Meer consumeren
D
meer goederen produceren

Slide 12 - Quiz

Nu aan het werk..
Testjezelf vragen paragraaf 2.2/2.4/2.6 maken in de les

Slide 13 - Slide