§2.4 Klimaatgrafieken

Weer 
= momentopname van de toestand van de atmosfeer

Kijkt naar:
    • temparatuur
    • neerslag
    • wind
    Klimaat
    = het gemiddelde weer berekend over 30 jaar

    Kijkt naar: 
    • zomertemperatuur
    • wintertemperatuur
    • neerslag in het jaar 
    1 / 23
    next
    Slide 1: Slide
    AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

    This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

    time-iconLesson duration is: 45 min

    Items in this lesson

    Weer 
    = momentopname van de toestand van de atmosfeer

    Kijkt naar:
      • temparatuur
      • neerslag
      • wind
      Klimaat
      = het gemiddelde weer berekend over 30 jaar

      Kijkt naar: 
      • zomertemperatuur
      • wintertemperatuur
      • neerslag in het jaar 

      Slide 1 - Slide

      Weer 
      - plaatselijk
      - veranderlijk  
      Klimaat 
      - gaat over een groot gebied
      - geldt voor een lange periode (30 jaar)

      Slide 2 - Slide

      Wat duurt langer
      A
      weer
      B
      klimaat

      Slide 3 - Quiz

      Weer of klimaat?

      Morgen wordt het mooi weer. 25 graden en af en toe een klein buitje.
      A
      Weer
      B
      Klimaat

      Slide 4 - Quiz

      2 eilanden A en B liggen naast elkaar. Op B regent het.. wat is dan juist?
      A
      A en B hebben een ander klimaat
      B
      B heeft een nat klimaat A niet
      C
      Het weer is toch hetzelfde bij A en B
      D
      Het weer bij B is anders dan A

      Slide 5 - Quiz

      Weer
      Klimaat

      Slide 6 - Slide

      Uitleg
      - Evenaar
      - Breedteligging
      -Invalshoek van de zon

      Slide 7 - Slide

      Bekijk de afbeelding.
      Welk stukje is warmer?
      geef nu twee redenen waarom het op de ene plek warmer is dan op een andere plek!

      Slide 8 - Slide

      Slide 9 - Slide

      Welke relatie tussen luchtstreken en keerkringen?

      Slide 10 - Slide

      Klimaatgrafieken 

      Slide 11 - Slide

      Welke twee factoren hebben de grootste invloed op het klimaat?
      Temperatuur (in ºC)
      Neerslag (in mm)

      Slide 12 - Slide

      Klimaatgrafieken
      Maanden van het jaar 
      Neerslag in mm 
      Temperatuur in ºC
      Staafdiagram (neerslag)
      Lijndiagram (temperatuur)

      Slide 13 - Slide

      Wat betekenen de blauwe balkjes in een klimaatgrafiek?
      A
      De neerslag in mm.
      B
      De neerslag in liters.
      C
      De temperatuur in graden Celsius.
      D
      De temperatuur in meters.

      Slide 14 - Quiz

      Wat geeft de rode lijn aan in een klimaatgrafiek?
      A
      De hoeveelheid neerslag in mm.
      B
      Het aantal graden Celsius.
      C
      De hoeveelheid neerlag in liter.
      D
      Het aantal graden in mm.

      Slide 15 - Quiz

      Oefenen
      Kun je de klimaatgrafieken herkennen en vertellen welk klimaat het is? 

      Slide 16 - Slide


      A
      Tropisch klimaat
      B
      Droog klimaat
      C
      Gematigd klimaat
      D
      Pool klimaat

      Slide 17 - Quiz


      A
      Tropisch klimaat
      B
      Droog klimaat
      C
      Gematigd klimaat
      D
      Land klimaat

      Slide 18 - Quiz


      A
      Tropisch klimaat
      B
      Droog klimaat
      C
      Gematigd klimaat
      D
      Poolklimaat

      Slide 19 - Quiz


      A
      Tropisch klimaat
      B
      Droog klimaat
      C
      Gematigd klimaat
      D
      Poolklimaat

      Slide 20 - Quiz

      Bij welke klimaatzone hoort deze grafiek
      A
      Poolklimaat
      B
      Tropisch klimaat
      C
      Het droge klimaat
      D
      Gematigd klimaat

      Slide 21 - Quiz

      Klimaatgrafieken
      • Elke plaats een heeft een eigen unieke klimaatgrafiek, maar de grafieken uit dezelfde klimaatzone lijken er wel op

      Slide 22 - Slide

      Opdracht
      In tweetallen

      Klimaatgrafieken maken

      Slide 23 - Slide