infecties en infectieziekten (2)

infecties en infectieziekten (2)
Learnbeat 29.1
D t/m F
Leerwerkkaart : verlenen van Zorg
Onderdeel Kennis
1 / 24
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

infecties en infectieziekten (2)
Learnbeat 29.1
D t/m F
Leerwerkkaart : verlenen van Zorg
Onderdeel Kennis

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat is een belangrijk verschil tussen een bacterie en een virus?
A
Bacterie is een levendige cel en dat geldt niet voor een virus
B
virussen kunnen zelfstandig leven , bacteriën niet
C
Bacteriën zijn altijd schadelijk, virussen niet
D
Antibiotica kunnen virale infecties behandelen

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

wat gaan we leren
1. virale infecties wat is het en welke bekende virale infecties zijn er 
2. overdracht infecties via bloed en lichaamsvocht
3. welke isolatie maatregelen zijn er

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

welke (bekend ) virale infecties zijn er?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

1. Virale infecties
eigenschappen van een virus:
zijn micro organismen in vele soorten.
 hebben levende cellen van ander organismen nodig om zicht te kunnen vermenigvuldigen
virussen kunnen bacteriën infecteren, dus zijn ze kleiner dan bacteriën

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

wat ga ik bespreken
influenza 
norovirus 
herpes


 Learnbeat lees en bestudeer je zelf : aids, ziekte van pfeiffer, hepatitis B en Covid

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen verkoudheid en griep ?
A
Verkoudheid wordt veroorzaakt door het influenzavirus, griep door rhinovirussen.
B
Griep begint meestal plotseling en heftig, verkoudheid begint geleidelijk.
C
Verkoudheid veroorzaakt altijd hoge koorts, griep niet.
D
Griep is minder besmettelijk dan verkoudheid.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Waardoor kan er een superinfectie ontstaan in de longen?
A
. Door een combinatie van bacteriële en virale infecties.
B
Door het inademen van schimmels uit de lucht.
C
Door langdurige blootstelling aan koude temperaturen
D
Door het gebruik van antibiotica tegen virale infecties

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

Jaarlijk sterven er ongeveer 5000 mensen aan influenza of aan de complicaties ervan.

Overdracht middels direct of indirect contact

Slide 13 - Slide

druppelisolatiemet virus type A of B
type C komt minder vaak voor
Griepprik
Griepvirussen veranderen regelmatig-> ieder jaar een ander griepvaccin, beschermt ook niet langer dan een jaar!
Griepprik voor :
Kwetsbare mensen en mensen ouder dan 60 jaar 
Zorgverleners

De ernst van de influenza hangt  van jaar tot jaar af van de griepvirussen die er op dat moment zijn. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

symptomen verdwijnen vaak wel na 4 dagen. maar het virus kan lang in de ontlasting blijven

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

wat houdt geïsoleerd verplegen in
A
het verplegen van cliënten in een aparte kamer om besmetting te voorkomen
B
Het verplegen van cliënten waarbij met name lichamelijk contact wordt vermeden met andere kwetsbare cliënten
C
De client(en worden verpleegd op een kamer met eigen sanitaire voorzieningen en een sluis
D
Het verplegen van clienten zonder beschermende kleding

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

"Koortslip"

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

2. overdracht van infecties via bloed en lichaamsvocht
Overdracht via bloed en slijmvliezen
Uitscheidingsproducten
Niet-intacte huid of slijmvliezen

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

SOA: door contact met beschadigde slijmvliezen van de geslachtsorganen->
sperma en vaginaal vocht

je kunt aan de buitenkant niet zien of iemand besmet is ,daarom altijd zorgvuldig en hygiënisch handelen.

melden als je accidenteel in aanraking komt met bloed van een client/patient.

Slide 23 - Slide

1. Bacteriën die in de darmen thuishoren, kunnen op andere plaatsen in het lichaam van de zorgvrager infecties veroorzaken, bijvoorbeeld in een wond of in de luchtwegen.

2. Schimmelinfectie zoals de candida albicans .
Isolatie maatregelen
wanneer : Bij ernstig gevaar voor een infectie/ om te voorkomen dat anderen worden geïnfecteerd.
Hoe : door het toepassen van PBM en geïsoleerd verplegen.

De mate van geïsoleerd  verplegen kan verschillen , niet de manier waarop.
drie vormen van isolatie: contactisolatie, standaardisolatie en strikte isolatie
Protocollen/ richtlijnen  strikt opvolgen 
doel : besmettingsgevaar minimaliseren

Slide 24 - Slide

This item has no instructions