woordvolgorde + herhaling grammatica

objectifs
À la fin du cours... / Aan het einde van de les...
- begrijp je beter hoe je een Franse zin in elkaar kunt puzzelen en heb je daarmee geoefend.

1 / 39
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

objectifs
À la fin du cours... / Aan het einde van de les...
- begrijp je beter hoe je een Franse zin in elkaar kunt puzzelen en heb je daarmee geoefend.

Slide 1 - Slide

Schrijfvaardigheid / Grammaire
Met de volgende Powerpoint gaan oefenen met het bouwen van (basis)zinnen in het Frans. Handig voor schrijfvaardigheid én voor het herhalen van een hoop grammaticaregeltjes uit de onderbouw. Gebruik dus vooral je boek 'Référence' om dingen op te zoeken, als je ze niet meer weet. 
Neem de Powerpoint rustig door. Bij ieder onderdeel zitten 5 vertaalzinnen. Voor vandaag vertaal je steeds alleen de eerste twee zinnen. Die lever je ook in via deze LessonUp. 
Bonne chance! Ik ben online voor vragen. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Zij hebben een croissant gegeten. =

Slide 7 - Open question

Wij gaan Pierre bezoeken. =

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Ik houd niet van tomaten. =

Slide 12 - Open question

Jullie gaan nooit voetballen. =

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Morgen gaan we een film huren. =

Slide 18 - Open question

Gisteren zijn we niet naar de bioscoop gegaan. =

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Zij heeft haar huiswerk al gemaakt. =

Slide 24 - Open question

Wij zijn helaas vaak te laat op (het) werk. =

Slide 25 - Open question

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Mijn broer heeft hem niet uitgenodigd. =

Slide 30 - Open question

Ga jij het (het cadeau) aan de mentor geven?

Slide 31 - Open question

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Gaan zij morgen naar de supermarkt? (spreektaal) =

Slide 37 - Open question

Heeft hij zijn huiswerk al gemaakt? (duur doen) =

Slide 38 - Open question

Tout compris?
As-tu appris des nouvelles choses?
As-tu encore des questions?

Slide 39 - Slide