Les 8: grammatica herhalen + woorden

Unit 3 - Australia
1 / 14
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Items in this lesson

Unit 3 - Australia

Slide 1 - Slide

Goals
Last lesson we did  the test of the irregular verbs + writing practice and some homework assignments.
This lesson you get a link so you can work on your own while I am on exchange. You are going to practice with all the grammar for the test week! (much/many/few/little + past simple + word order + question words)
Next lesson we will have a writing test. We practiced writing last lesson!

Slide 2 - Slide

Check homework
Do: exercise 1 + 3 + 9 + 10 + 11 from unit 4.5 (basis + kader)
Learn: Herhalen les 1.5/2.5/3.5 voor schrijftoets!
Herhalen alle woorden unit 3 + expressions/past simple + much/many/a lot of

Slide 3 - Slide

Oefenen past simple
In de volgende dia staat een link naar een werkblad. Maak deze helemaal, kijk hem na en maak dan foto's van de hele opdracht. Deze moet je laten zien de volgende les!

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Oefenen word order

In de volgende dia staat een link naar een werkblad. Maak deze helemaal, kijk hem na en maak dan foto's van de hele opdracht. Deze moet je laten zien de volgende les!

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Oefenen question words

In de volgende dia staat een link naar een werkblad. Maak deze helemaal, kijk hem na en maak dan foto's van de hele opdracht. Deze moet je laten zien de volgende les!

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Oefenen much/many/little/few

In de volgende dia staat een link naar een werkblad. Maak deze helemaal, kijk hem na en maak dan foto's van de hele opdracht. Deze moet je laten zien de volgende les!

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

Oefenen woorden
Je gaat woorden oefenen Nederlands - Engels.
Dit gaan we doen met Blooket. Klik op de volgende link, dan op solo, kies een spelvorm en leer de woorden!

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Homework
Do: foto's van de oefeningen die je online gemaakt hebt
Learn: voor de schrijftoets -> expressions 1.3/1.5/2.3/2.5/3.3/3.5! Begin alle zinnen met hoofdletter en eindig met punt/vraagteken/uitroepteken.

Slide 14 - Slide