WOORDENSCHAT VRIJE TIJD C

Woorden
Thema 12: Vrije tijd
1 / 15
next
Slide 1: Slide
ISKVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Woorden
Thema 12: Vrije tijd

Slide 1 - Slide

het succes
  • goede afloop
  • zin: Max Verstappen heeft veel succes als Formule 1-coureur.
  • zin: Veel succes!

Slide 2 - Slide

de taak
  • wat je moet doen
  • de taak - de taken
  • zin: Als ik ziek ben, maakt de dokter mij beter. Dat is zijn taak.
  • zin: Het is mijn taak de leerlingen te leren lezen.

Slide 3 - Slide

de taart
  • gebak (vaak zoet)
  • zin: Ik heb gisteren zelf een taart gebakken.
  • zin: Mijn dochter is jarig. Op de taart staan vier kaarsjes.

Slide 4 - Slide

de tip
  • goed idee van iemand
  • zin: Mag ik je een tip geven?
  • zin: Bedankt voor de tip!

Slide 5 - Slide

uitslapen
  • lang slapen
  • ik slaap uit - wij slapen uit
  • zin: Op zondag slaap ik altijd uit. 

Slide 6 - Slide

het verslag
  • bericht, beschrijving
  • jaarverslag
  • reisverslag
  • zin: De sportcommentator doet verslag van de wedstrijd.
  • zin: Ik lees het verslag.

Slide 7 - Slide

Goed of fout?
A - Veel succes met je toets!
B - Hij succest zijn toets.
8
A
A - goed B - fout
B
A - fout B - goed
C
A - fout B - fout
D
A - goed B - goed

Slide 8 - Quiz

8
timer
1:00
Wanneer eet jij taart?

Slide 9 - Mind map

Maak een goede zin:
Gebruik: tip
8

Slide 10 - Open question

Wat is een taak?
8
timer
1:30
A
een opdracht
B
een oefening
C
iets wat je moet doen
D
iets wat je kunt eten

Slide 11 - Quiz

8
Waar is een plan voor nodig?

Slide 12 - Drag question

Wat is goed?
A - Ik moet een verslag maken.
B - Ik maak een verslag.
C - Jij maak een verslag.
8
A
A - B - C
B
A - B
C
B - C
D
B

Slide 13 - Quiz

In mijn vrije tijd
kan ik ...........
8
A
naar school.
B
uitslapen.
C
sporten.
D
leren.

Slide 14 - Quiz

Ik ken alle woorden uit het thema "vrije tijd".
8
0100

Slide 15 - Poll