OefenSOI Eerste Wereldoorlog

Oefen SO Eerste Wereldoorlog
1 / 36
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Oefen SO Eerste Wereldoorlog

Slide 1 - Slide

Oefenen
Maak alle vragen zelf.
Weet je het antwoord niet? Zoek het op in je boek en ga niet gokken. Van gokken leer je niks. 

Slide 2 - Slide

De Eerste Wereldoorlog duurde van...
A
1914 - 1917
B
1914 - 1918
C
1939 - 1945
D
1940 - 1945

Slide 3 - Quiz

Welk begrip past het beste bij de afbeelding?
A
Militarisme
B
Nationalisme
C
Franse Revanche-gedachte
D
Modern Imperialisme

Slide 4 - Quiz

Welke landen vormen samen de Centralen?
A
Frankrijk, Duitsland en Italie
B
Italie, Duitsland en Oostenrijk-Hongarije
C
Italie, Rusland en Engeland
D
Rusland, Frankrijk en Engeland

Slide 5 - Quiz

Van welke terreurgroep was Gavrilo Princip lid?
A
Rode Hand
B
Zwarte Hand
C
Bruine Hand
D
Gele Hand

Slide 6 - Quiz

Wat is de naam van de grens die we zien op het plaatje?
A
De IJzeren Rijn
B
Berlijnse Muur
C
Muur van Trump
D
De Dodendraad

Slide 7 - Quiz

Bij welk bondgenootschap hoorde Frankrijk in 1914?
A
Centralen
B
Geallieerden
C
As-landen
D
NAVO

Slide 8 - Quiz


Wat was geen gevolg van de Eerste Wereldoorlog voor Nederland?
A
Het verdiende enorm veel geld aan handel met Duitsland
B
Armoede en schaarste onder de Nederlandse bevolking
C
Het kreeg te kampen met meer dan een miljoen Belgische vluchtelingen
D
Het moest vier jaar lang het leger gemobiliseerd houden.

Slide 9 - Quiz

Welk woord heeft niets te maken met nationalisme?
A
vlag
B
land
C
machinegeweer
D
volk

Slide 10 - Quiz

Oorzaken
Aanleiding
Nationalisme
Militarisme
Moord op Frans Ferdinand
bongenootschappen
Modern-Imperialisme
Gravilo Princip

Slide 11 - Drag question

Bij welk bondgenootschap hoorde Rusland tijdens WOI?
A
Centralen
B
Triple Entente

Slide 12 - Quiz

In welke stad worden Frans Ferdinand en zijn vrouw vermoord?
A
Praag
B
Wenen
C
Zagreb
D
Sarajevo

Slide 13 - Quiz

Wie is de man op de afbeelding?
A
Tsaar Nicolaas II
B
Mark Rutte
C
Frenkie de Jong
D
Gavriel Princip

Slide 14 - Quiz

1. Sleep de begrippen naar de juiste plek.


Militarisme
Bondgenoten
Nationalisme
Modern imperialisme

Slide 15 - Drag question

Welke twee uitspraken zijn juist en welke onjuist?
Juist
Onjuist
Gavriel Princip was lid van de Zwarte Hand
Een oorzaak van de eerste wereldoorlog zijn de bondgenootschapen.
Frankrijk, Engeland en Oostenrijk hoorden bij de geallieerden.
De Eerste Wereldoorlog begon in 1918.

Slide 16 - Drag question

De geallieerden
De centralen
Oostenrijk-Hongarije

Slide 17 - Drag question

Bij welk verschijnsel uit WOI past de foto?
A
Wapenwedloop
B
Nationalisme
C
Centralen
D
Modern imperialisme

Slide 18 - Quiz

Welk front zien we op het plaatje?
A
Westfront
B
Oostfront
C
Noordfront
D
Regenfront

Slide 19 - Quiz

Door welke ontwikkeling was de massaproductie van wapens voor het eerst mogelijk
A
Door de opkomst van het socialisme
B
Door het modern Imperialisme
C
Door het nationalisme
D
Door de Industriële Revolutie

Slide 20 - Quiz

Wie werd er boos op wie door de gebeurtenis op het plaatje?
A
VS op Mexico
B
VS op Engeland
C
VS op Duitsland
D
VS op Rusland

Slide 21 - Quiz

Zet in chronologische volgorde
De Europese landen mobiliseren hun legers
Ontstaan loopgravenoorlog
Belgische vluchtelingen naar Nederland
Russische revolutie
Duitsland geeft zich over

Slide 22 - Drag question

Wat was het doel van dit plan?
A
Duitsland in een tweefrontenoorlog storten
B
Zo snel mogelijk Engeland en Frankrijk verslaan
C
Een tweefrontenoorlog voorkomen
D
De Tweede Wereldoorlog winnen

Slide 23 - Quiz

In een loopgravenoorlog ligt het front lang op dezelfde plaats:
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quiz

In welke twee landen kan deze foto zijn gemaakt?
A
Duitsland en Engeland
B
Belgie en Frankrijk
C
Rusland en Frankrijk
D
Frankrijk en Denemarken

Slide 25 - Quiz

In welk land is deze foto gemaakt tijdens WOI?
A
VS
B
Nederland
C
Belgie
D
Duitsland

Slide 26 - Quiz

In 1914 kwamen veel Europese landen met elkaar in oorlog. Wat is daarvan geen oorzaak
A
nationalisme
B
opkomst van Hitler
C
militarisme
D
bondgenootschappen

Slide 27 - Quiz

De Eerste Wereldoorlog was een oorlog van uitvindingen. 
Welke nieuwe wapens werden er toen ingezet? Sleep de antwoorden naar het groene vak.
Nieuwe wapens WOI
Tanks
Gas
Duikboten
Kanonnen
Hand-granaat
Mitrailleur
Vliegtuig
Geweren
Kern-wapens

Slide 28 - Drag question

Welke zin past bij een loopgravenoorlog?
A
Alleen Franse en Belgische soldaten zaten in loopgraven, Duitse niet.
B
Soldaten hadden in loopgraven last van luizen en ander ongedierte.
C
Een loopgravenoorlog was een hevige korte oorlog.
D
Loopgraven zijn makkelijk in te nemen tijdens daglicht.

Slide 29 - Quiz

Sleep naar het juiste jaartal
1914
1917
Amerika doet mee met WO1
Schlieffenplan mislukt
Rusland sluit vrede met Duitsland
Moord op Frans Ferdinand. Kroonprins van Oostenrijk-Hongarije

Slide 30 - Drag question

Militarisme 
Bondgenoot-schappen
Wapenwedloop
Nationalisme

Slide 31 - Drag question

Hoe heet de grens tussen Nederland en Belgie tijdens WOI?
A
De Balkan
B
IJzeren Rijn
C
Dodendraad
D
IJzeren Draad

Slide 32 - Quiz

Met een front wordt bedoeld:
A
De plaats waar gevochten wordt.
B
De wapenfabrieken
C
De plaats waar een oorlog gepland wordt.
D
De voorkant van een leger.

Slide 33 - Quiz

Hieronder staan vijf gebeurtenissen die te maken hebben met de Eerste Wereldoorlog.
Sleep deze gebeurtenissen in de juiste volgorde, van vroeger naar later. 
De eerste Belgische vluchtelingen werden in Nederland opgevangen.
Kroonprins Frans Ferdinand werd in Sarajevo vermoord.
Duitsland verklaarde de oorlog aan Frankrijk.
Duitsland geeft zich onvoorwaardelijk over
In Rusland brak de revolutie uit.

Slide 34 - Drag question

Wat was de positie van Nederland tijdens WOI?
A
bondgenoot van de Centralen
B
Bondgenoot van de Geallieerden
C
Eerst neutraal, later bondgenoot geallieerden
D
Neutraal

Slide 35 - Quiz

En nu?
Leren voor de toets, tips: 
Lees paragraaf 4.1 tm 4.2 nogmaals. 
Bestudeer de begrippen, personen en de tijdbalk van paragraaf 4.5. 
Maak een samenvatting of mindmap van paragraaf 4.1 tm 4.2
Check of je de leerdoelen onder de knie hebt, zet ze in de vragende vorm en geef antwoord. 
Doe lessen in Lesson-Up nogmaals.
Bekijk de filmpjes uit de studiewijzer. 

Slide 36 - Slide