9 januari

9 januari
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsISK

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

9 januari

Slide 1 - Slide

Programma
KNM (presentaties plannen)
Werkwoorden (ik & wij)
Winter (woordweb)
Nieuws van de week
Link & Quizlet (portfolio)
Huiswerk (tellen) 

Slide 2 - Slide

Vragen provincies
1 Wat is de hoofdstad?
2 Hoeveel mensen wonen er in de provincie?
3 Waar ligt de provincie?
4 Hoe lang is het reizen naar de hoofdstad? Met de auto en trein
5 Waar staat de provincie bekend om?
6) Welke monumenten kan ik er zien?
7) Welk dialect spreken ze?
8) Hoe groot is de provincie? (oppervlakte)
9) Zoek 3 plaatsen op in jouw provincie en schrijf die op.
10) Naar welke plaats wil je graag gaan in jouw provincie? En waarom?

Slide 3 - Slide

Data presentaties

Slide 4 - Slide

Werkwoorden ik/wij
Werkwoorden ik + wij

Dit is de regel:


1 persoon
meer personen
Ik luister
Wij luisteren
Ik maak
Wij maken

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Slide 7 - Link

Winter
Woordweb winter

Eten/Drinken - Sporten - Het weer - Kleding - Dieren

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

7

Slide 10 - Video

01:38
In hoeveel gemeentes was vuurwerk verboden?
A
10
B
15
C
25
D
In alle gemeentes

Slide 11 - Quiz

02:09
Wat kan de gemeente NIET verbieden?
A
Vuurwerk kopen
B
Vuurwerk afsteken

Slide 12 - Quiz

03:15
Waarom mag er niet overal vuurwerk worden afgestoken?
A
Ze vinden het vuurwerk niet mooi.
B
Er gebeuren veel ongelukken.
C
Het vuurwerk is te duur.

Slide 13 - Quiz

04:16
Waar kan deze man niet naartoe door het hoge water?
A
Naar zijn vrienden.
B
Naar zijn vrouw.
C
Naar zijn kinderen.
D
Naar de supermarkt.

Slide 14 - Quiz

05:46
Wat doen ze in Volendam tegen het hoge water?
A
Het dorp verlaten.
B
Zandzakken neerzetten.
C
Ze kunnen niks doen.

Slide 15 - Quiz

06:59
Wat doen de varkens?
A
Ze eten eikels op.
B
Ze eten de bomen op.
C
Ze eten de truffels op.

Slide 16 - Quiz

08:19
Waarom zijn de Amerikaanse eikenbomen niet goed?
A
Ze worden te groot.
B
Ze verspreiden zich heel snel.
C
De mensen vinden ze niet mooi.
D
Ze vallen snel om.

Slide 17 - Quiz

Huiswerk
Werkblad tellen
huiswerkopdracht ''goede voornemens''

Slide 18 - Slide