§4.3 - Energie en milieu

Terugblik opdracht
1. 
2. 
3.  

Geef voor reactie 1, 2 en 3:
a. Is het een chemische reactie?
b. Leg uit of het om een verbrandingsreactie, ontledingsreactie of ander soort reactie is. 
c. Geef aan of de stoffen verbindingen of elementen zijn. 
C6H12O6+6O2>6CO2+6H2O
2H2O>2H2+O2
CaO+CO2>CaCO3
timer
5:00
1 / 14
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Terugblik opdracht
1. 
2. 
3.  

Geef voor reactie 1, 2 en 3:
a. Is het een chemische reactie?
b. Leg uit of het om een verbrandingsreactie, ontledingsreactie of ander soort reactie is. 
c. Geef aan of de stoffen verbindingen of elementen zijn. 
C6H12O6+6O2>6CO2+6H2O
2H2O>2H2+O2
CaO+CO2>CaCO3
timer
5:00

Slide 1 - Slide

§4.3 Energie en milieu
Je leert:
wat de schadelijke milieu-effecten zijn van het verbranden van fossiele brandstoffen
uitleggen hoe het versterkt broeikaseffect ontstaat en wat de gevolgen hiervan zijn
aangeven welke alternatieven er zijn voor fossiele brandstof

Slide 2 - Slide

Opdracht bingokaart
1. Lees paragraaf 3 in stilte - 5 min. 

Slide 3 - Slide

Opdracht bingokaart
1. Lees paragraaf 3 in stilte - 5 min. 
2. Maak een bingokaart van 4x4 (16 vakjes). 
3. Zet in ieder vakje een belangrijk begrip of
voorbeeld uit paragraaf 3 waarvan jij denkt
dat het genoemd moet worden in de
samenvatting van deze paragraaf. 

Let op! voor het spel spel mag niet alleen het begrip, maar moet ook de definitie opgeschreven zijn. 

Slide 4 - Slide

Opdracht bingokaart
1. Lees paragraaf 3 in stilte - 5 min. 
2. Maak een bingokaart van 4x4 (16 vakjes). 
3. Zet in ieder vakje een belangrijk begrip of
voorbeeld uit paragraaf 3 waarvan jij denkt
dat het genoemd moet worden in de
samenvatting van deze paragraaf. 

Let op! voor het spel spel mag niet alleen het begrip, maar moet ook de definitie opgeschreven zijn. 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Weektaak
Lees paragraaf 4.2 en 4.3
Maak:
Paragraaf 4.2 opdracht 13 t/m 15, 17 t/m 20 en 22. 
Paragraaf 4.3 opdracht 24 t/m 27.

Slide 7 - Slide

§4.3 Energie en milieu
Je leert:
wat de schadelijke milieu-effecten zijn van het verbranden van fossiele brandstoffen
uitleggen hoe het versterkt broeikaseffect ontstaat en wat de gevolgen hiervan zijn
aangeven welke alternatieven er zijn voor fossiele brandstof

Slide 8 - Slide

Fossiele brandstof
De energie die wij mensen nodig hebben voor vervoer, verwarming, industrie, landbouw, etc komt voor het allergrootste gedeelte uit FOSSIELE BRANDSTOFFEN.

Fossiele brandstoffen bestaan uit steenkool, aardolie en aardgas.

Slide 9 - Slide

Fossiele brandstof
Het gebruik van fossiele brandstof leidt tot deze problemen:
Luchtverontreiniging met fijnstof en giftige stoffen (CO, NO en NO2). Teveel van deze stoffen in de lucht geeft SMOG.

Bodemverontreiniging als gevolg van zure regen en teveel stikstof uitstoot (hierom zijn de boeren boos).

Slide 10 - Slide

Versterkt broeikaseffect
Door verbranding van fossiele brandstof komt er meer CO2 in de lucht.

CO2 is een van de broeikasgassen wat als een soort deken rondom de aarde hangt waardoor warmte enigszins wordt vastgehouden. 

Door de extra uitstoot van COwordt dit broeikaseffect versterkt. Dit heeft opwarming van de aarde tot gevolg en dat leidt weer tot andere klimaatveranderingen.

Slide 11 - Slide

Alternatieve vormen van energie
Wij moeten op zoek naar alternatieve vormen van energie:
  • Elektrische vervoer i.p.v. benzine en diesel
  • Warmtepomp voor verwarming in huis i.p.v. aardgas
  • windmolens, zonneparken (kerncentrale) i.p.v. aardolie
  • Groene waterstof i.p.v. benzine en aardolie
  • Biomassa / biobrandstof i.p.v. benzine en aardolie

Slide 12 - Slide

Klimaatverandering
Door klimaatverandering hebben we steeds vaker last van de volgende problemen op verschillende plekken op de wereld:
droogte, overstromingen, bosbranden, mislukte oogst (hongersnood), meer orkanen, uitsterven dieren, sterven van koraal (longen van de oceaan), smelten van poolijs, etc.

Slide 13 - Slide

Weektaak

Lezen §4.3
Maken van de opgaven.

Slide 14 - Slide