Dag 8

Thema 16 - Geld en werk
DISK 2024
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Thema 16 - Geld en werk
DISK 2024

Slide 1 - Slide

terugkrijgen (ww)
  • weer krijgen wat eerder al van jou
was
  • scheidbaar werkwoord
  • zin: Noah krijgt zijn boek terug van Maria.
  • zin: Ik krijg € 2,30 terug van de mevrouw bij de kassa.


36

Slide 2 - Slide

terugkrijgen ww
TT (tegenwoordige tijd)
Ik krijg ... terug
jij krijgt ... terug - Krijg jij ... terug?
hij/zij krijgt ... terug
wij/jullie/zij krijgen ... terug

VT (verleden tijd)
Ik kreeg ......... terug.
Wij kregen ......... terug. 
VTD (voltooid deelwoord)
Ik heb geld teruggekregen.
36

Slide 3 - Slide

verdienen (ww)
  • als loon ontvangen voor het werk dat je doet
  • zin: Nick verdient 15 euro met grasmaaien.
  • zin: Ik verdien elke maand 500 euro.







37

Slide 4 - Slide

verdienen ww
TT (tegenwoordige tijd)
ik verdien
jij verdient
zij/hij verdient
wij/jullie/zij verdienen

VT (verleden tijd)
ik verdiende
wij verdienden
VTD (voltooide tijd)
Hij heeft veel geld verdiend.





37

Slide 5 - Slide

het verschil
  • iets wat anders is

  • zin: Ik heb een rode broek en een blauwe broek. Zie jij het verschil?
38

Slide 6 - Slide

verschillend
  • als iets niet hetzelfde is als iets anders
  • tegenstelling: verschil - het zelfde
  • zin: Deze poppen hebben een andere kleur, ze zijn dus verschillend.
39

Slide 7 - Slide

volgens
  • zoals iemand het zegt of vindt
  • de mening van iemand (mij, hem, haar, ons)

  • zin:  Volgens de docent is het antwoord niet goed. Jammer!
  • zin: Volgens mij moeten we nu naar sport.
40

Slide 8 - Slide

Thema 16 - Geld en werk
DISK 2022

Slide 9 - Slide

Ik (terugkrijgen) ... nog steeds geld van jou ...
36

Slide 10 - Open question

Wat betekent het woord 'verdienen'?
37

Slide 11 - Open question

Wat is het verschil tussen een appel en een banaan?
38

Slide 12 - Open question

Maak een zin met het woord "verschillend".
39

Slide 13 - Open question

Om beter te worden met lezen, moet ik meer lezen ......... de docent.
40

Slide 14 - Open question