Bouwstijlen

1 / 26
next
Slide 1: Video
AardrijkskundeBasisschoolGroep 8

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Architectuur

Slide 2 - Mind map

Romaanse bouwstijl

950 - 1250 n. Chr

Slide 3 - Slide

Welke kenmerken zie je bij de Romaanse bouwstijl?

Slide 4 - Open question

Romaanse bouwstijl

950 - 1250 n. Chr

- zwaar en massief
- kleine, halfronde boogramen
- overal zie je bogen, ook binnen

Slide 5 - Slide

Gotiek
1230 - 1560

Slide 6 - Slide

Heb je wel eens een gebouw gezien in de Gotische bouwstijl? Welk gebouw was dat?

Slide 7 - Open question

Gotiek
1230 - 1560

- gigantisch hoog
- glas in lood ramen
- bogen
- veel decoratie

Slide 8 - Slide

classicisme
1630 - 1700

Slide 9 - Slide

Welke kenmerken zie je bij het classisisme?

Slide 10 - Open question

classicisme
1630 - 1700

- symmetrie
- verhoudingen
- driehoeken

Slide 11 - Slide

Lodewijk stijl
1700 - 1810

Slide 12 - Slide

Welke kenmerken zie je bij de Lodewijk stijl?

Slide 13 - Open question

Lodewijk stijl
1700 - 1810

- vernoemd naar een Franse koning
- symmetrie
- veel versiering

Slide 14 - Slide

Teken een gebouw dat bij het classicisme past. Stuur de foto op.
timer
5:00

Slide 15 - Open question

Jugendstil
1895-1915

Slide 16 - Slide

Welke kenmerken zie je bij Jugendstil?

Slide 17 - Open question

Jugendstil
1895-1915

- motieven met planten en bloemen
- vogels
- natuurlijke vormen

Slide 18 - Slide

de Stijl
1917 - 1932

Slide 19 - Slide

Welke kleuren zag je bij de Stijl?

Slide 20 - Open question

de Stijl
1917 - 1932

- geometrische vormen
- gebruik van wit, grijs, zwart of primaire kleuren
- verschillende vlakken

Slide 21 - Slide

Brutalisme
1950 - 1970

Slide 22 - Slide

Wat vind je van deze bouwstijl? En waarom?

Slide 23 - Open question

Brutalisme
1950 - 1970

- groot, bombastisch
- veel beton


Slide 24 - Slide

Gebouwen in Heerenveen
In Heerenveen staan verschillende rijksmonumenten. 
Deze rijksmonumenten hebben verschillende bouwstijlen. 
Zoek in tweetallen de namen van deze gebouwen op. 


Slide 25 - Slide

Gebouwen 
Kies 1 van de gebouwen uit. Maak bij dit gebouw een lapbook. 
Op de muurkrant gaat het over:

Welke bouwstijl heeft dit gebouw? En waaraan kan ik dat zien?
 Wat was de functie van het gebouw? Wat houdt dat in? 
Wie was de architect? (kan je niet van alle gebouwen vinden)
Waar staat het gebouw? Voeg een kaart toe en geef aan. 
Is het gebouw symmetrisch? Waaraan zie je dat? 

Gebruik de woorden: decoratie, details, exterieur, geometrisch, organisch.






Slide 26 - Slide