2.7 Zinsdelen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo lwoo, b, k
• Leerjaar 1

Zinsdelen

Welkom.

11 december 2024

Leerdoelen

Ik weet hoe ik de persoonsvorm vind

Ik weet hoe ik zinnen moet ontleden

Ik weet waar ik de zinsdeelstrepen moet zetten

Weet je nog?

Hoe vind je de persoonsvorm?

Hoe vind je de persoonsvorm NIET?

1. vraagzin maken
2. meervoud e/o enkelvoud maken
3. verleden tijd of tegenwoordige tijd
4. wie + onderwerp = persoonsvorm

Wat is de WG

1. Woord gezegde
2. Welk gezegde
3. werkwoordelijk gezegde
4. werkwoord gezegde

Wg is persoonsvorm en 1 werkwoord

1. klopt
2. klopt niet

Het wg kan uit heel veel werkwoorden bestaan

1. klopt
2. klopt niet

Oefenen

En nu oefenen

Ik ga naar school

Wat is hier de PV?

1. ga
2. ik
3. naar
4. school

Hoe was het ook alweer?

Zinsdelen

Zoek de PV

Zet een zinsdeelstreep voor en achter de PV

Zet een zinsdeelstreep voor en achter de andere werkwoorden

En verder?

Zet een streep onder de PV en zet WG boven de PV en andere werkwoorden

         WG                                      WG

Ik / ben / naar de markt / geweest

Wat is de WG in deze zin?

Ik ben naar school geweest

1. Ben
2. Ga
3. naar school
4. ben geweest

Wat is de wg in deze zin?

Ik heb een mooie broek gekocht

1. mooie broek
2. ik
3. heb
4. heb gekocht

Hoe wordt deze zin verdeeld?

'Ik heb de kerstboom opgetuigd.'

1. Ik / heb / de kerstboom/ opgetuigd
2. Ik heb / de / kerstboom / opgetuigd
3. Ik / heb de / kerstboom opgetuigd
4. Ik / heb de kerstboom / opgetuigd

Hoe wordt de zin verdeeld?

De kerstbal viel stuk

1. De / kerstbal / viel / stuk
2. De kerstbal / viel stuk
3. De kerstbal / viel / stuk
4. De / kerstbal viel stuk

Herhaling

Zoek de PV

Zoek de andere werkwoorden.

Dit is samen de WG

Zet zinsdeelstrepen voor en achter de PV en de andere werkwoorden

Zet onder de PV een streep en boven de PV en andere werkwoorden WG