LES 2 COACH - THEMA JE MOTIEVEN

Coach
THEMA
MOTIEVEN EN KWALITEITEN

LES 2: JE MOTIEVEN 
1 / 46
next
Slide 1: Slide
CoachMBOStudiejaar 1

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Coach
THEMA
MOTIEVEN EN KWALITEITEN

LES 2: JE MOTIEVEN 

Slide 1 - Slide

Deze les:

  • maak je in week van 13 april t/m 17 april.
  • staat gelijk aan 2 lesuren Coach.
  • wordt gecontroleert door je coach. Deze kan in de app precies zien wanneer je wat hebt gemaakt.



Slide 2 - Slide

Lesdoelen:

Na deze les:

  • heb je onderzocht waar je blij van wordt
  • heb je nagedacht over wat je vervelend vindt
  • heb je je motieven in kaart gebracht

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Opdracht 1

Bekijk de volgende stellingen. Geef aan of je er blij van wordt of juist niet.

Slide 7 - Slide


Ik maak graag muziek
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 8 - Quiz


Ik houd van gamen
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 9 - Quiz


Ik ga graag shoppen
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 10 - Quiz


Ik post graag foto's op sociale media
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 11 - Quiz


Ik app veel met vrienden
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 12 - Quiz


Ik geef graag feestjes
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 13 - Quiz


Ik ga graag naar school
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 14 - Quiz


Ik houd van uitgaan
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 15 - Quiz


Ik houd van sporten
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 16 - Quiz


Ik ben graag alleen
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 17 - Quiz


Ik heb graag een vaste relatie
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 18 - Quiz


Ik houd van kinderen
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 19 - Quiz


Ik houd van dieren
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 20 - Quiz


Ik houd van auto's
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 21 - Quiz


Ik houd van tekenen
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 22 - Quiz


Ik ben graag buiten
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 23 - Quiz


Ik klus graag
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 24 - Quiz


Ik ontmoet graag nieuwe mensen
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 25 - Quiz


Ik zorg graag voor anderen
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 26 - Quiz


Ik ben graag ergens de beste in
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 27 - Quiz


Ik ben graag de baas
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 28 - Quiz


Ik krijg graag complimenten
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 29 - Quiz


Ik maak graag verre reizen
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 30 - Quiz


Ik ben graag bezig met mijn uiterlijk
A
Hier word ik blij van
B
Hier word ik niet blij van

Slide 31 - Quiz

Waar word jij blij van? Schrijf drie dingen op. Je mag ook dingen noemen die niet in de lijst staan.

Slide 32 - Open question

Denk je dat je voor deze dingen kunt zorgen als je later werkt? Licht je antwoord toe?

Slide 33 - Open question

Opdracht 2
Bekijk de onderstaande tabel
Binnen zitten
Stress ervaren
Met onbekenden omgaan
Alleen zijn
Iets niet goed kunnen
Veel moeten reizen
Veel lezen
Kritiek krijgen
Lichamelijk zwaar werk doen
Weinig vrije tijd hebben

Slide 34 - Slide

Wat lijkt jou het meest vervelende uit de tabel? Leg je antwoord uit.

Slide 35 - Open question

Wat zou je doen als je hier later tijdens je werk (toch) mee te maken krijgt? Leg je antwoord uit.

Slide 36 - Open question

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Opdracht 3

Bekijk de motieven op de volgende slide.

Slide 39 - Slide

anderen helpen
veel geld verdienen
bekend worden
veel invloed hebben
een actief sociaal leven
veel van de wereld zien
mijn ouders trots maken
waardering krijgen van anderen
mooie dingen maken
zorgen voor een betere wereld
nieuwe dingen leren
nuttige dingen maken

Slide 40 - Slide

Welke drie motieven passen het beste bij jou?

Slide 41 - Open question

Noem een motief dat goed past bij het beroep dat je later wilt gaan uitvoeren. Leg je antwoord uit.

Slide 42 - Open question

Denk je dat je op basis van je motieven, de juiste studiekeuze hebt gemaakt? Leg je antwoord uit.

Slide 43 - Open question

Evalueren(verplicht):
vat kort samen wat je hebt geleerd van deze les

Slide 44 - Open question

Heb je nog tips, vragen of verbeterpunten. Schrijf ze hier op!

Slide 45 - Open question

Slide 46 - Slide