3havo H0 les 1, 2 ,3

Herhaling klas 1

  • onregelmatige werkwoorden:  avoir, être, aller, faire, prendre, pouvoir et vouloir p. 172  
  • regelmatige ww op -er
  • havo :  présent


1 / 11
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Herhaling klas 1

  • onregelmatige werkwoorden:  avoir, être, aller, faire, prendre, pouvoir et vouloir p. 172  
  • regelmatige ww op -er
  • havo :  présent


Slide 1 - Slide

Présente-toi !
  1. Je m'appelle...
  2. J'habite à....  dans une maison
  3. J'ai ... ans
  4. j'ai ...frère(s) et.... soeur(s)
  5. je fais  du foot/de la musique etc...
timer
1:00

Slide 2 - Slide

Bienvenue!
Asseyez-vous!
Prenez vos livres, svp!
Ecrivez votre nom + classe sur votre livre A.

H0    les 1,2,3               ON Y VA!

Slide 3 - Slide

les règles
iedere les heb ik bij me
  • mijn boek 
  • mijn opgeladen laptop
  • mijn oortjes
  • mijn schrift
  • mijn agenda digitaal of papier
als er instructie wordt gegeven is er maar één tegelijk aan het woord
ik ben growth minded ;-) 

Slide 4 - Slide

comment s'appelle l'astronaute français?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Tu te souviens?


Qui est Thomas Pesquet? 

Slide 7 - Slide

Objectifs
Aan het eind van deze 3 lesuren  kan je 
1- je voorstellen aan de klas
2- iemand interviewen
3- de rijtjes benoemen van de onregelmatige ww:
être, avoir, aller, faire, prendre, pouvoir et vouloir  (présent ) + ww op -er




Slide 8 - Slide

Opdrachten H0 :

ex. 1 p. 10 (klassikaal luisteren)
2e les 
ex 2 zelfstandig 
ex 3a zelfstandig
ex 3b in duo
ex 4 zelfstandig 
3e les 

Begin met de opdracht iemand beschrijven (haal de opdracht bij je docent op).
Hoe: zelfstandig
Duur: hele lesuur

Slide 9 - Slide

devoirs pour mardi 7/9
réviser : onregelmatige werkwoorden (zie A4 op Som)

faire: ex 2,3 en 4 p. 11/12/13  zijn af
            op A4 (présenter quelqu'un)  opdracht 4 is af 

Slide 10 - Slide

Objectifs
Qu'est-ce que tu as appris aujourd'hui?
Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 11 - Slide