§10.1 + 10.2 MAW 4h

1 / 22
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Indeling
- Terughalen vorige les
- §10.1 (introductie thema tegenculturen)
- §10.2 (toepassen kernconcepten)

-Tijd over? Laatste mogelijkheid tot werken aan onderzoeksopzet

Doel:
1. Je kunt het ontstaan van tegen/jongerenculturen verklaren aan de hand van politieke socialisatie

2. Je kunt verklaren welke gevolgen dit heeft voor identiteit(svorming)



Slide 2 - Slide

Korte spelregels:
- Je vult altijd een antwoord in. 
- Als je het echt niet weet zet dat dan gewoon neer.
- Als je computer vastloopt/verbinding weg is etc. steek dan gewoon even je vinger op zodat ik het weet.

Slide 3 - Slide

Wat was er aan de hand tijdens de industriële revolutie?
Wat was hiervoor de oplossing?
En hoe noem je dat dan?
Sociale ongelijkheid
Verzorgingsstaat
Institutionalisering

Slide 4 - Drag question

Sociale + politieke institutie en institutionalisering (verkort)
Sociale institutie: complex van al dan niet geformaliseerde regels die het gedrag van mensen reguleren.

Politieke institutie: complex van al dan niet geformaliseerde regels die het gedrag van mensen rondom politieke besluitvorming reguleren

Institutionalisering:  proces waarbij al dan niet geschreven regels vastgelegd worden die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren.

Slide 5 - Slide

Voltooing verzorgingsstaat ca. 1945-1963

Slide 6 - Slide

Wie was trouwens die meneer net op de foto?
A
Den Uyl
B
Balkenende
C
Drees
D
Biesheuvel

Slide 7 - Quiz

§10.1 Protestgeneratie
Situatie: Mensen hadden relatief meer geld door onstaan van de verzorgingsstaat. 

Dus:
-Jongeren hoefden niet meteen te werken.
- Meer vrije tijd voor jongeren.
-Meer geld voor jongeren
- Veel meer mensen konden (dure) spullen zoals radio en televisie kopen.

Slide 8 - Slide

Protestgeneratie 
- Culturele 'conflicten'
- Protest tegen de dominante cultuur. Tegen het 'gezag'. Tegen de verzuiling

Voorbeelden:
- Provo's  (geweldloos protest, afschaffen van macht, witte fietsen)
- Dolle Mina's (vrouwenrechten)
- Hippies, flowerpower

Noemt men gezamenlijk wel de protestgeneratie.



Slide 9 - Slide

Was er volgens jou sprake van conflict tussen de dominante cultuur en de protestgeneratie?

(Een situatie waarin actoren elkaar tegenwerken om hun eigen doelen te bereiken)
Ja
Nee

Slide 10 - Poll

Nu een stapje terug..
Waar komt deze situatie vandaan? Hoe is die ontstaan? Welke maatschappelijke ontwikkelingen vonden plaats?
(dus hoe veranderde binding, verhouding, vorming)

Slide 11 - Slide

Politieke socialisatie (p166)
Overdracht en verwerving van de politieke cultuur van de groep(en) en samenleving waar mensen toe behoren. 

Het proces bestaat uit opvoeding, opleiding en andere vormen van omgang met anderen.

Slide 12 - Slide

Wat hebben verzuiling en politieke socialisatie (p166) met elkaar te maken?

Slide 13 - Open question

Wat is ook alweer een socialisator?
A
Iets of iemand die jou cultuur / regels/ normen waarden overbrengt
B
Een televisiezender uit de jaren '60
C
Een groep mensen met affectieve bindingen

Slide 14 - Quiz

Welke van de volgende is een socialisator?
A
Ouders
B
Kerk
C
Radio/TV
D
Alle mogelijkheden

Slide 15 - Quiz

Hoe kan radio/tv geholpen hebben om de verzuiling te beëindigen? Gebruik het begrip socialisatie in je antwoord.

Slide 16 - Open question

Politieke socialisatie
- De manier waarop en door wie jongeren werden gesocialiseerd veranderde.
- Meer socialisatie door andere zuilen dan waar je toe behoorde
- Meer socialisatie door buitenlandse radio/tv

Slide 17 - Slide

Dus hoe denk je na wat je deze les hebt gehoord, de 'protestgeneratie' kan zijn ontstaan?

Slide 18 - Open question

Dus hoe ontstond de protestgeneratie?
Deels door:
- Meer vrije tijd want betere economische omstandigheden
- Opkomst radio en tv voor iedereen
- Opkomst andere socialisatoren (vrienden)
- Ontzuiling (maar is dat een oorzaak of gevolg?)

Slide 19 - Slide

Identiteit (p167)
Verkorte definitie: zelfbeeld, beeld dat iemand uitdraagt, beeld dat afhankelijk is van de groepen waar iemand wel of niet bij hoort.

Slide 20 - Slide

Konden jongeren uit de protestgeneratie nu makkelijker of moeilijker een eigen identiteit kiezen dan daarvoor? Geef kort aan waarom wel/niet

Slide 21 - Open question

Dus wat kun je nu zeggen over:
- Protestgeneratie?
-Waardoor ontstond deze juist toen?
-Wat heeft het met (politieke) socialisatie te maken?
-Wat heeft het kernconcept identiteit hiermee te maken?

Slide 22 - Slide