SS-E05-1VMBO-(t)HV-Grammar 9-Articles

Articles
Grammatica 9, lidwoorden

Maak aantekeningen tijdens de uitleg!

p. 49 in je tekstboek

1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Articles
Grammatica 9, lidwoorden

Maak aantekeningen tijdens de uitleg!

p. 49 in je tekstboek

Slide 1 - Slide

Articles
an arm
a broken leg
an hour
a uniform

The three little piggies found a new home with a sturdy door and an open fire.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Articles - the (de/het)
The gebruik je om naar iets specifieks te verwijzen.

- The voor een klinker-klank? uitspreken als théé
- The voor een medeklinker-klank? uitspreken als the
 
The flu                               théé X-ray machine
The uniform                    théé hour

Slide 4 - Slide

Articles - a / an (een)
An gebruik je als het woord begint met een klinker-klank.
- orange, apple, hour, X-ray 
- anders niet uit te spreken! 

A gebruik je als het woord begint met  een medeklinker-klank.
- cat, dog, mouse, house, uniform, European country

Slide 5 - Slide

Articles - geen!
Let op: 
Je gebruikt GEEN lidwoord bij het meervoud van telbare zelfstandige naamwoorden. (books, DVDs, )

Je gebruikt GEEN lidwoord bij ontelbare zelfstandige naamwoorden (chips, money, water)

Slide 6 - Slide

He is ... friend
A
an
B
a

Slide 7 - Quiz

She is ... honest girl
A
an
B
a

Slide 8 - Quiz

He is ... little boy
A
an
B
a

Slide 9 - Quiz

We have ... important test
A
an
B
a

Slide 10 - Quiz

We are watching ... film
A
an
B
a

Slide 11 - Quiz

She has got ... flu
A
an
B
a
C
the

Slide 12 - Quiz

He has got ... infection
A
an
B
a

Slide 13 - Quiz

This book is ... one you have to read
A
an
B
a
C
the

Slide 14 - Quiz

He is ... teacher
A
an
B
a

Slide 15 - Quiz

He bought ... camera
A
an
B
a

Slide 16 - Quiz

... holiday picture
A
an
B
a

Slide 17 - Quiz

Ik heb de uitleg van grammatica 9 begrepen en kan zelfstandig aan het werk.
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz