This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Bienvenue!
Programme:
Texte B
Kloktijden + ex. 12d
Slide 1 - Slide
Les objectifs:
- Ik kan in het Frans zeggen hoe laat het is.
- Ik begrijp Franse zinnen met de tijd erin.
Slide 2 - Slide
Texte B p. 107 - Le collège dans le monde
Opdracht:
Elk groepje leest 1 van de 3 tekstjes van Texte B op blz. 107.
Met je groepje vul je het bijbehorende fiche d'identité in (ex. 10b)
Iedereen uit het groepje vertelt 1 van de 4 gegevens in een hele, Franse, zin.
Slide 3 - Slide
Les heures / De kloktijden
Chapitre 3, B blz. 106+107/108, 109
Ensemble on fait ex. 12b et 12 e.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
00:00
Bekijk het filmpje en leg uit hoe je in het Frans zegt hoe laat het is. Welke woorden gebruik je, wat is de volgorde, welke uitzonderingen zijn er?
Slide 6 - Open question
Les heures
Je begint je zin altijd met Il est... Het is....
Je kijkt op de klok waar de kleine wijzer staat, dat is het eerste deel van je zin. Dus, staat de kleine wijzer op 5 dan begin je met Il est cinq heures...
Tussen de 12 en de 6? Dan begin je met het hele uur en zet je het woordje et plus quart (kwartier) demie (half uur na 5 uur = half zes) getal 1-30 (5 over 5, 10 over 5 etc.)
Slide 7 - Slide
Les heures - half 1, 2 etc.
Il est une heure et demie.
Il est deux heureset demie.
Voorbeeld hiernaast:
Il est huit heuresset demie.
vertaling:
Het is half 2, 3 ..., 9 etc.
Slide 8 - Slide
Les heures - kwart over
Il est une heure et quart.
Il est deux heureset quart.
Voorbeeld:
Il est neuf heureset quart
Vertaling:
Het is kwart overnegen.
Slide 9 - Slide
Les heures - kwart voor
Il est deux heuressmoins le quart
Il est trois heuress moins le quart
Spreek uit: mwēñ
Voorb.: Il est une heure moins le quart
Vertaling:
Het iskwart vooreen.
Slide 10 - Slide
Zinnen die je moet kennen
Hoe laat is het? = Quelle heure est-il?
Het is ... = Il est ...
Hoe laat is (de wedstrijd/...):
C'est à ... = Om ...
(Om) Twaalf uur 's middags = (À) midi
(Om) Twaalf uur 's nachts = (À) minuit
Slide 11 - Slide
Il est midi.
timer
0:15
A
Het is middag.
B
Het is 12 uur 's middags.
C
Het is tijd.
D
Het is 12 uur 's nachts.
Slide 12 - Quiz
Il est huit heures et quart.
timer
1:00
timer
0:15
A
Het is 8 uur.
B
Het is 10 over 8.
C
Het is kwart over 8.
D
Het is kwart voor 8.
Slide 13 - Quiz
Il est cinq heures et demie.
timer
0:15
A
Het is half 5.
B
Het is 5 uur.
C
Het is kwart over 5.
D
Het is half 6.
Slide 14 - Quiz
Opdracht voor in het domeinblok!
B1A: ex. 12 f, p. 107 | B1E/B1H ex. 12e, p. 109
Slide 15 - Slide
Heb je je leerdoel behaald? - Ik kan in het Frans zeggen hoe laat het is. - Ik begrijp Franse zinnen met een tijd erin.