4.3 Beenverbindingen

4.3 Beenverbindingen
  • Herhaling 4.2 & huiswerk controle
  • Leerdoelen
  • Lezen 4.3
  • Conceptmap 4.3
Huiswerk:
4.3 opdr. 1 t/m 9

1 / 26
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

4.3 Beenverbindingen
  • Herhaling 4.2 & huiswerk controle
  • Leerdoelen
  • Lezen 4.3
  • Conceptmap 4.3
Huiswerk:
4.3 opdr. 1 t/m 9

Slide 1 - Slide

Schedel
Onderkaak
Sleutelbeen
Borstbeen
Ribben
Opperarmbeen
Wervelkolom
Heupbeen
Ellepijp
Spaakbeen
Handwortelbeentjes
Middenhandsbeentjes
Vingerkootjes
Dijbeen
Knieschijf
Voetwortelbeentjes
Teenkootjes
Scheenbeen
Kuitbeen

Slide 2 - Drag question

Hoeveel kootjes zitten er in 1 duim?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 3 - Quiz

Noem een taak van het beenderstelsel
A
Het lichaam herstellen
B
Aansturen van het lichaam
C
Stevigheid bieden
D
Verteren van voedsel

Slide 4 - Quiz

Welke onderdelen van het skelet horen bij elkaar?
Bekkengordel
Borstkas
Schoudergordel
Heupbeenderen en heiligbeen
Ribben, borstwervels, borstbeen
Schouderblad en sleutelbeen

Slide 5 - Drag question

Schedel
Schouderblad
wervelkolom
Heupbeen
Ribben
Knieschijf
Dijbeen
Scheenbeen

Slide 6 - Drag question

Bot P is je ...
A
scheenbeen
B
kuitbeen
C
knieschijf
D
dijbeen

Slide 7 - Quiz

spaakbeen
ellepijp

Slide 8 - Drag question

Collageen en kalkzouten zitten in ….
A
Botcellen
B
Kraakbeencellen
C
Tussencelstof
D
Spieren

Slide 9 - Quiz

een ander woord voor collageen is:
A
kalkzouten
B
lijmstof

Slide 10 - Quiz

collageen zorgt voor stevigheid in de botten
A
waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Wat gebeurt er met kalkstof tijdens je leven? En met collageen?
A
Kalkstof neemt toe/collageen neemt toe
B
Kalkstof neemt toe/collageen neemt af
C
Kalkstof neemt af/collageen neemt toe
D
Kalkstof neemt af/collageen neemt af

Slide 12 - Quiz

Leerdoelen
3.6 - Je kunt de beenverbindingen beschrijven.
3.7 - Je kunt de bouw van een gewricht beschrijven.
3.8 - Je kunt de werking van een kogelgewricht, een scharniergewricht en een rolgewricht beschrijven.

Slide 13 - Slide

Vul de begrippen in bij de conceptmap die je gekregen hebt. Gebruik hierbij je boek vanaf blz. 22!
Begrippen:
  1. Vergroeid
  2. Naad
  3. Kraakbeen
  4. Gewricht(en)
  5. Gewrichtskogel
  6. Gewrichtskom
  7. Gewrichtskapsel
  8. Kapselbanden
  9. Gewrichtssmeer
  10. Kogelgewricht
  11. Rolgewricht
  12. Scharniergewricht
  13. Collageen
  14. Kalkzouten

Slide 14 - Slide

Je ziet in de afbeelding een gewricht.

Wat voor soort gewricht is dit? (1p)

Slide 15 - Open question

Begrippen:
  1. Vergroeid
  2. Naad
  3. Kraakbeen
  4. Gewricht(en)
  5. Gewrichtskogel
  6. Gewrichtskom
  7. Gewrichtskapsel
8. Kapselbanden
9. Gewrichtssmeer
10. Kogelgewricht
11. Rolgewricht
12. Scharniergewricht
13. Collageen
14. Kalkzouten

Slide 16 - Slide

Bij de pijl zie je een gewricht.
Daar bevinden zich 2 soorten gewrichten.
Noteer de 2 SOORTEN gewrichten (1p)

Slide 17 - Open question

wat voor soort gewricht hoort er bij P? Welke 2 botten zitten er in dit gewricht aan elkaar? (2p)

Slide 18 - Open question

Conceptmap 4.3

Slide 19 - Slide

Huiswerk
4.3 opdrachten 1 t/m 9 maken en nakijken

Slide 20 - Slide

Extra oefenen
https://biodesk.eu/1194 gewrichten hond
https://biodesk.eu/928 bouw kniegewricht
https://biodesk.eu/11 bouw gewricht
https://biodesk.eu/856 gewrichten
https://biodesk.eu/472 gewrichten en botten

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link

Slide 23 - Link

Slide 24 - Link

Slide 25 - Link

Slide 26 - Link